Engelstalige 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een Engelstalige…
is een persoon
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] spreekt Engels als moedertaal
Algemene voorbeelden
Ruim 90% van alle websites ter wereld is in het Engels, terwijl Engelstaligen maar een klein deel van de wereldbevolking vormen.
Volgens Den Doolaard, die voor de echtheid van die flater instond, was het met het Engels van Gerbrandy lang niet zo slecht gesteld als zijn uitlachers ervan maakten. Met een Linguaphone-cursus poetste de Nederlandse premier dagelijks geduldig aan zijn uitspraak en een half jaar na zijn aankomst in Londen sloeg hij met zijn Engels al lang geen mal figuur meer. Alleen zijn naam bleef een handicap, waarmee de Engelstaligen geen raad wisten.
Vanuit San Antonio bekeken, leven benoorden deze stad meer dan 300 miljoen Engelstaligen en in het Zuiden ruim 400 miljoen Spaanssprekenden.
In Quebec speelt al jaren een taalstrijd: de Franstaligen tegenover de Engelstaligen.
Volgens een peiling van een actiegroep voor Engelstaligen zou zestig procent van de Engelstaligen de provincie verlaten als deze zich van Canada afscheidt.
Combinatiemogelijkheden
met adjectief ervoor
- de Zuid-Afrikaanse Engelstaligen
De traditionele animositeit van de Zuid-Afrikaanse Engelstaligen ten aanzien van de Afrikaners, de blanken die een zustertaal van het Nederlands spreken, blijkt uit de opname van een reeks weinig vleiende Afrikaner woorden als kaaskop en soutpiel.
met voorzetselgroep
Voorzetsel: in
- de Engelstaligen in Quebec
Bij de Engelstaligen in Quebec heerst angst.
met ander, nevengeschikt substantief
- Engelstaligen, Franstaligen en Duitstaligen
Maar er zijn meer en veel grotere verschillen want InStap! is niet iets voor erbij maar een complete beginnerscursus met een versie voor Engelstaligen, Franstaligen en Duitstaligen.