A - Als eigennaam
Kerstkind 1.0
(cultuur en samenleving; religie, mystiek en mythologie; feesten, herdenkingen en evenementen)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Het Kerstkind…
is een kind; is een persoon
- [Voortbrenging] is volgens het Bijbelverhaal ter wereld gebracht door de nog maagdelijke Maria, die verloofd was met Jozef van Nazareth
- [Plaats] is volgens het Bijbelverhaal geboren in Bethlehem, waar hij in plaats van in een wieg in kribbe (een voederbak) in een stal werd gelegd
- [Tijd] is volgens de westerse christelijke traditie geboren in de nacht van 24 op 25 december, een gebeurtenis die met Kerstmis wordt gevierd
- [Betrokkene] is volgens de christelijke leer de zoon van God
- [Gelijkheid] is dezelfde persoon die in de christelijke traditie ook wel bekendstaat als Jezus Christus of Jezus de Messias, en die als historische figuur Jezus van Nazareth heette en een Joodse profeet was
Algemene voorbeelden
Niet in een stal, maar in een armoedige, lekkende hut met aarden vloer en bedekt met palmbladeren in het dorp Materlândia, werd een baby geboren. Ze had, net als het Kerstkind, geen wieg.
Volgens historici kan de langwerpige vorm van de kerststol ook gezien worden als een symbool voor een wikkelkind en wel speciaal het Kerstkind.
Combinatiemogelijkheden
in voorzetselgroep
- de geboorte van het Kerstkind
- de komst van het Kerstkind
- de moeder van het Kerstkind
We vieren de geboorte van het Kerstkind en de aanbidding van de herders en de koningen.
Hierna zongen de dames 'Komt allen tesamen', gevolgd door een Drents gedicht over de geboorte van het Kerstkind voorgedragen door mevrouw A. van Goor.
In de komst van het Kerstkind ervaren we Gods erbarmen met de mensheid.
Denk slechts aan de vele zee- en kerststerren, die allemaal broertjes en zusjes van elkaar zijn, aan Stella Maris, die de moeder van het Kerstkind was, aan het Kerstkind zelf dat uitgerekend op kerstavond en als vis ter wereld kwam en evenals vele dennenbomen eindigde aan het kruis.
- voor het Kerstkind
Men gaat aan tafel als de eerste ster aan de hemel verschijnt en er wordt bij het diner 1 stoel vrijgelaten voor het Kerstkind.
- zonder het Kerstkind
Kerst zonder het kind Jezus heeft voor mij geen waarde. Zonder het Kerstkind is kerstfeest alleen een gezellig familiefeest. Ook belangrijk, maar het Kerstkind geeft veel meer dan dat. Hij is de beloofde Messias.
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
B - Als soortnaam
kerstkind 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een kerstkind…
is een kind; is een mens
- [Tijd] is strikt genomen geboren op eerste kerstdag, omdat ook de geboorte van Jezus, het Kerstkind, op 25 december wordt herdacht; wordt ook zo genoemd als het op tweede kerstdag of op kerstavond is geboren
Algemene voorbeelden
Haar buik is een geweldig aan haar uitpuilend ei. Dat, waarvan ze zwanger is, kan ieder ogenblik worden geboren. Misschien wordt het wel een kerstkind. Komt, gaan wij het aanbidden.
'Weet je het al: de zoon van slager Ajoeb krijgt een kind. Toch nog een kerstkind.'
In de nacht van 24 op 25 december braken mijn vliezen en kwamen de weeën op gang. En op 26 december, na 27 zware uren, werd er om 6 uur in de ochtend een klein nat en glibberig baby'tje op mijn buik gelegd. Toch een kerstkind.
En wie op Tweede Kerstdag geboren is, is natuurlijk net zo hard een kerstkind.
Als je het over kerstkinderen hebt, mogen de jarigen op kerstavond ook niet vergeten worden.
Combinatiemogelijkheden
als object bij een werkwoord
- een kerstkind hebben
Coby zou een kerstkind hebben van miljonair Stefan, een niet te versmaden alimentatie-appeltje voor de dorst.
met adjectief ervoor
- een echt kerstkind
Joep is een echt kerstkind: 'Ik zei nog: als 't maar geen kerstbaby wordt'. [...]. "Het zou erom spannen of hij op kerstavond of eerste kerstdag geboren zou worden. Het werd dat laatste."
met eigennaam
- het kerstkind Wiedijk
Het kerstkind Wiedijk werd zondag 65 en dat was alle reden voor een lokale surpriseshow.
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
Overige woordfamilieleden
kerstkind 2.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een kerstkind…
is een kind; is een mens
Algemene voorbeelden
"De levende kerststal is een activiteit voor kinderen. [...]. In de kerststal in de kerk zitten Jozef en Maria met een echte baby. We hebben vier kerstkinderen eigenlijk, die om de beurt een uurtje in de stal te zien zijn."
Combinatiemogelijkheden
met adjectief ervoor
- een echt kerstkind
Gelukkig werd de kerststal op het podium ook nog 'live' gevuld en mocht engel Britt een echt kerstkind de kerk in dragen.
met voorzetselgroep
Voorzetsel: tussen
- kerstkind tussen de kippen en de lama's
Kerstkind tussen de kippen en de lama's. Aan de hemel staat de welbekende felschijnende ster. Een klein jongetje ligt in een voederbak. Maar in het hooi ernaast houden niet de gebruikelijke os en ezel de wacht. In de kerstkribbe van het Bijbels Openluchtmuseum in de Heilig Landstichting (vlakbij Nijmegen) kraait een haan, brommen de beren en spugen de lama's.