Nederlandstalige


Nederlandstalige 1.0

iemand die Nederlandstalig is; iemand die het Nederlands als moedertaal heeft

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een Nederlandstalige…

is een persoon

  • [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] spreekt Nederlands als moedertaal

    Algemene voorbeelden


    De Franse regering, die de hoop lijkt te hebben opgegeven dat het Frans ooit nog in dezelfde positie als het Engels zou kunnen verkeren, investeert wel veel geld in projecten die de positie van het Frans in de nieuwe media verstevigen. Zo probeert ze in ieder geval een Frans tegenwicht te bieden tegen de hegemonie van het Engels op het wereldwijde Internet. Dat betekent overigens niet dat ze zou investeren in een vertaalprogramma Frans-Nederlands; dat laat men over aan de Nederlandstaligen.

    http://www.vanoostendorp.nl/computers/en.taal/h9.html,

    Prof. Postma ziet in een versterkte Nederlands-Vlaamse samenwerking ook een "versterking van de Benelux". Hoe hij die met elkaar rijmt is niet helemaal duidelijk, te minder wanneer hij eraan toevoegt: "In die Benelux domineren de Nederlandstaligen, zowel economisch als politiek, en zo hoort het ook."

    NRC,

    Als Nederlandstalige, gehuwd met een Voerense Vlaming heb je geen keuze.

    De Standaard,

    Men mag gerust stellen dat er in Kraainem nog 50% Nederlandstaligen - al dan niet dialektsprekers - wonen.

    De Standaard,

    Anderstaligen willen, even goed als de Nederlandstaligen, een beroepsopleiding volgen maar vanwege het taalprobleem kunnen zij noch in Hoogstraten noch bij de plaatselijke centra voor beroepsopleidingen terecht.

    http://www.wvc.vlaanderen.be/welzijnenjustitie/beleid/documenten.htm,

    Heel wat boeken kregen een simililederen bandje mee: grijs voor de Duitsers, zwart voor de Nederlandstaligen, blauw voor de Fransen en groen voor de Engelsen.

    De Standaard,

    De evaluatie van de uitgebreidheid van de bibliotheek door de anderstaligen is dan ook negatiever dan die door de Nederlandstaligen.

    http://www.wvc.vlaanderen.be/welzijnenjustitie/beleid/documenten.htm,

    Combinatiemogelijkheden


    met ander, nevengeschikt substantief


    • Nederlandstaligen en Afrikaanssprekenden
    • Nederlandstaligen en anderstaligen
    • Nederlandstaligen en Franstaligen
    • Franstaligen en Nederlandstaligen
    • Nederlandstaligen, Franstaligen en Duitstaligen

    En wat hebben Nederlandstaligen en Afrikaanssprekenden aan elkaar?

    De Standaard,

    Het open leercentrum is een aanvulling op het bestaand cursusaanbod voor laaggeschoolde Nederlandstaligen en anderstaligen.

    http://www.cbegent.be/

    Voorbij de nationale taalgrens, die onzichtbare streep die Nederlandstaligen en Franstaligen van elkaar scheidt, begon hij mij opeens uit te schelden: krijsend, sissend, blazend als een in het nauw gedreven kater.

    Verdwaalde post, Walter van den Broeck,

    Uiteraard zijn er ook culturele verschillen tussen Nederlandstaligen, Franstaligen en Duitstaligen in België, niet in het minste de taal.

    http://www.belgischeunie.be/nederlands/indexnl.htm

    De prins is gewoon erg bezorgd om de perceptie van het koningshuis bij de bevolking en hij wil graag dat de interventies in beide landstalen verspreid worden voor een zo ruim mogelijk publiek (Franstalingen én Nederlandstaligen) en daarom vond hij het zo jammer dat Vlaanderen enkel een Franstalige Mathilde kreeg te zien.

    http://www.gva.be/dossiers/-k/koningshuis/actua2000/actua124.asp,

    Wij zijn toen, Frans- en Nederlandstaligen, mee naar meetings gegaan in achterzaaltjes van cafés in Brusselse Vlaamse buurten.

    De Standaard,