A - Als substantief
acajou 1.0
((vooral) in België)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Acajou…
is hout; is een vaste stof; is een stof
Algemene voorbeelden
Een zeldzaam elegante kast in acajou van Riesener mocht 14 miljoen frank kosten.
Combinatiemogelijkheden
met adjectief ervoor
- massieve acajou
In het midden stond een bureau in massieve acajou. Erop alleen een halogeenleeslamp in de vorm van een hijskraantje en een elektronisch switchboard met tientallen knoppen.
met adjectivisch voltooid deelwoord
- gepolijst acajou
In een ouderwets ledikant van gepolijst acajou zat de oude man half rechtop tegen een reusachtig, met bloed bespat hoofdkussen-met-kanten-boorden.
met ander, nevengeschikt substantief
- kerselaar en acajou
Deze stijlmeubelen zijn in Franse en Engelse stijl en gemaakt uit kerselaar en acajou.
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
B - Als adjectief
acajou 1.0
((vooral) in België)
Algemene voorbeelden
Aangeboden: Art deco acajou tafel vermoedelijk De Coene.
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
acajou 2.0
((vooral) in België)
Algemene voorbeelden
Haar acajou krullen beledigden het grijs dat strak over de hemel was gespannen.