accudag 1.0
((vooral) in Nederland; neologisme)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een accudag…
is een dag; is een periode; is een tijd
- [Functie] dient om tot rust te komen en de accu als het ware weer op te laden
Algemene voorbeelden
De vrije zondag is er niet voor niets. Het is een wekelijks moment van rust waarin mensen zich opladen om de dagen erna weer actief te zijn. Het is dus goed om deze dag apart te houden van de rest van de week. Dat stelt filosofe Marli Huijer in haar boek 'Ritme. Op zoek naar een terugkerende tijd'. Ze pleit daarin voor een zogenoemde 'accudag', een dag waarop iedereen zich even gedeisd houdt.
"Ik verlang niet terug naar de ritmiek die de kerk ons oplegde, maar ik vind wel dat gezamenlijke ritmes veel voordelen hebben. Daarom pleit ik voor zo'n accudag [...]. We hebben momenten van rust nodig, om fysiek maar ook sociaal te herstellen."
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
Etymologie
Aard herkomst | inheems woord |
---|---|
Vroegste datering | 2011 |
Bedenker | De Nederlandse filosofe Marli Huijer, die het begrip introduceerde in haar boek Ritme. Op zoek naar een terugkerende tijd (2011). |
Benoemingsmotief | Zo genoemd omdat men de tijd neemt om de accu als het ware weer op te laden. |