annuïteit 1.0
(business, economie en financiën)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een annuïteit…
is een bedrag; is een hoeveelheid; is een zaak
- [Deel] bestaat uit een deel kapitaal en uit rente
- [Functie] dient om grote bedragen in kleinere betaalbare eenheden te splitsen
- [Duur] wordt betaald gedurende een bepaalde periode, meestal een aantal jaren
- [Frequentie] wordt jaarlijks betaald of ontvangen
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is een vast bedrag
Algemene voorbeelden
Annuïteiten bestaan uit een deel kapitaal en een deel interest. Kapitaal is onbelast, interest is een roerend inkomen.
Combinatiemogelijkheden
met adjectief ervoor
- constante annuïteiten
- vaste annuïteiten
- de volgende annuïteiten
Aflossing met constante annuïteiten. Het bedrag van de terugbetaling van het kapitaal verhoogt elk jaar; het bedrag van de betaling van de intresten vermindert elk jaar. Het totaal bedrag (kapitaal + intresten) is echter ieder jaar hetzelfde.
De aankoop wordt in acht vaste annuïteiten betaald.
De eerste annuïteit van de vergoeding is forfaitair vastgelegd op 12.500 euro en wordt betaald zodra de vergunning is uitgereikt en vóór elke exploitatiehandeling. De volgende annuïteiten worden op 1 juli van elk jaar overgemaakt.
met telwoord ervoor
- acht annuïteiten
- de eerste annuïteit
De aankoop wordt in acht vaste annuïteiten betaald.
De eerste annuïteit van de vergoeding is forfaitair vastgelegd op 12.500 euro en wordt betaald zodra de vergunning is uitgereikt en vóór elke exploitatiehandeling.
annuïteit 1.1
(business, economie en financiën)
Betekenisbetrekking
Betrokken betekenissen | 1.0 : 1.1 |
---|
Algemene voorbeelden
In de praktijk denkt men bij het woord 'annuïteit' in Nederland echter aan een periodiek bedrag, dat niet per se jaarlijks wordt betaald. De formules hangen niet van de periode af als de rentevoet voor de betreffende periode wordt ingevuld.