baspartij


baspartij 1.0

opeenvolging van lage noten, lage partij in een muzikale compositie, die gespeeld wordt op de bas, de basgitaar of op andere basinstrumenten of gezongen wordt door iemand met een basstem

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een baspartij…

is een partij

  • [Geheel] maakt deel uit van een muzikale compositie
  • [Betrokkene] wordt door basinstrumenten, bv. de basgitaar of de contrabas, gespeeld, of door iemand met een basstem gezongen
  • [Toepassingsgebied of bereik] betreft de lage noten, de lage partij in een muzikale compositie

    Algemene voorbeelden


    Muziek die hoog klinkt, is meestal geschreven op een notenbalk met de vioolsleutel en muziek die laag klinkt (b.v. een baspartij), meestal op een notenbalk met een bassleutel.

    http://users.belgacom.net/koen.mertens/beginp/mutheori/sleutels.htm

    Greetje Anthoni's sopraan klonk niet altijd rond, Katelijne Van Laethem heeft een mooie stem, maar ze had problemen met de ademhaling en voor Dirk Snellings lag de baspartij nogal hoog.

    De Standaard,

    De kleine, lenige blonde en altijd gekke Geert Vermeulen is de held op de viool. Zijn act van vioolspel in de gekste standen en op de idiootste manieren zal men niet licht vergeten. De zwaarder gebouwde Jan de Smet draagt de gehele voorstelling door zijn accordeon. In omspeling en vooral in de baspartijen is hij het onontbeerlijke centrum.

    Meppeler Courant,

    Combinatiemogelijkheden


    als object bij een werkwoord


    • een baspartij blazen
    • een baspartij spelen

    Deze Groningse baritonsaxofonist heeft de traditionele ritmesectie afgeschaft en laat zijn drummer keiharde samples bedienen terwijl hij zelf de baspartij blaast.

    NRC,

    Patrick speelt de baspartij en tegelijkertijd de harmonie (vanuit akkoorden). Daarboven komt mijn zang.

    http://www.tongtongfestival.nl/2011/03/vlechtwerk-van-krontjong-en-jazz/