beursweek


beursweek 1.0

periode van in de regel vijf aaneensluitende weekdagen waarin aandelen en waardepapier op de beurs worden verhandeld; handelsweek op de beurs

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een beursweek…

is een periode; is een tijd

  • [Functie] dient om handel te drijven
  • [Object betroffen] heeft betrekking op de handel in aandelen en waardepapier

    Algemene voorbeelden


    Een saaie beursweek eindigde vrijdag toch nog in schoonheid. De verwachting dat de Amerikaanse korte rente volgende week niet verhoogd zal worden, veranderde niet door het weinige cijfermateriaal dat deze week uitkwam. De Amerikaanse dollar zette intussen een krachtig herstel in, wat een goede zaak is voor de Europese beurzen. Wall Street stoomde vrijdagmiddag weer op naar de 5.700 punten. Genoeg nieuws dus om de volgende beursweek positief in te zetten.

    De Standaard,

    Afgelopen donderdag eindigde de - door Koninginnedag verkorte beursweek - op 314 punten, een daling van zeven punten. De beurs lijkt "stijg-moe' te zijn geworden. De beleggers hebben zich er voor even bij neergelegd dat het vergeefs bestormde hoogtepunt-aller-tijden voorlopig onbereikbaar is.

    NRC,

    De AEX-index sloot 2,77 punten hoger op 561,07. In Londen ging de beursweek voorzichtig van start. De FTSE-100-index klom bijna 8 punten naar 3.761.

    De Standaard,

    Woordfamilie


    Als deel van een afleiding