bezwadderen


bezwadderen 1.0

(poëtisch/literair; archaïsch)

( Met betrekking tot personen en zaken)
(eigenlijk) bevuilen; besmeuren; bezoedelen; oorspronkelijk: met een (lillende) vloeistof bezoedelen

Semagram (extra betekenisinformatie)


Bezwadderen…

is een handeling

      Algemene voorbeelden


      In de middeleeuwen stond aan de voet van de "rode toren" het schavot en nu en dan raakte het gebouw bezwadderd met wat bloed van terechtgestelden.

      De Standaard,

      Volgens hem hadden we die kater gewoonweg op het asfalt moeten laten liggen. Of anders op de pechstrook. En dan met de auto een klein metertje achteruitrijden, zei hij, en ook nog eens een klein metertje vooruit, zei hij, en het was gebeurd geweest. [...]. En daarna terug thuiskomen, zegt Rik. En dan van je eigen vrouw naar je voeten krijgen omdat je zo helemaal besmeurd en bespat en bezwadderd eruitziet, zegt hij.

      Volgend jaar in Berchem, Leo Pleysier,

      Combinatiemogelijkheden


      voltooid deelwoord als adjectief gebruikt


      • een bezwadderd afdak

      We lopen nog wat rond door die slangententoonstelling en Bob kan de verleiding niet weerstaan er een paar geniepig tegen hun kronkelige lijf te knippen met zijn duim en wijsvinger. Maar die reptielen blijven even onbeweeglijk liggen als beesten van suiker en marsepein op een uitstaltafel in een banketbakkerswinkel tegen Sinterklaas. Lang houden we het niet uit onder dat met wierook bezwadderde afdak want je krijgt het gevoel dat je straks ook met je tong uit je smoel en met je hoofd heen en weer wiegend volkomen sufgepikt en high op de grond ligt als een kruipend gedierte.

      De kus, Jan Wolkers,

      bezwadderen 2.0

      (poëtisch/literair)

      ( Met betrekking tot personen en zaken)
      (figuurlijk) in een kwaad daglicht stellen; bezoedelen; belasteren

      Algemene voorbeelden


      Freek hoorde dat amper, schreeuwde dwars door haar zin heen: 'Maakte xtc? Ik geloof d'r geen barst van, geen reet, geen moer, geen flikker, geen...' 'Stop maar,' zei Riet, ' inmiddels is ons goed duidelijk hoe u daarover denkt.' Freek loerde om beurten naar ons met een blik alsof hij ons wou aanvliegen, siste toen tussen zijn tanden door: 'Stelletje slijmerige slijktorren! Zitten daar met z'n tweeën bij een schrale dis, met van die gore, kleffe gifzwammen erin Roos te bezwadderen. Roos! Zo'n moordgriet, zo'n wereldwijf.

      De zonnewijzer, Maarten 't Hart,

      Mijn verlangen gaat uit naar iets waarop ik mij verheug, dat staat te gebeuren, aangezien het is beloofd en aangekondigd, maar het is een al zo bezwadderd, verdacht gemaakt, belachelijk gemaakt, misprezen, beëtterd verlangen, dat ik mij voel alsof het verlangen al vervuld is en ik er mij iets anders, iets feestelijkers, van had voorgesteld.

      Zonsopgangen boven zee, Jeroen Brouwers,

      Als ik terugdenk aan mijn eerste ontdekkingen, dan waren dat schrijvers en boeken die op overtuigende wijze ontkenden wat mij de hele dag door leraren, ouders en volwassenen in het algemeen op de mouw werd gespeld - weshalve ik die boeken stilletjes aan het onderwijs onttrok om ze voor mijzelf te hebben, om ze te verbergen voor de leugenachtige frasen waarmee leraren en lesboeken ze bezwadderden, kleineerden tot ongevaarlijke esthetiek, sieraad voor iedere beschaafde huiskamer.

      http://www.thomese.nl/ongevestigde.htm,

      Combinatiemogelijkheden


      met object


      • het imago bezwadderen (van iets)
      • de nagedachtenis bezwadderen (van iemand)

      Waarom zou je aandacht besteden aan allerlei geruchten over systematische corruptie in ons voetbal, waarin steeds weer dezelfde duistere figuren opduiken? Ingrijpen houdt het risico in dat er een einde komt aan de stroom berichten die het imago van het voetbal bezwadderen. Dus, doe zo verder. De voetbalpret mag onder geen beding ophouden.

      De Standaard,

      Daar de eerste rechter, die Désiré Dommekracht de doodstraf had gelapt, inmiddels aan een verdachte ziekte was overleden, kon hij naar hartelust zijn nagedachtenis bezwadderen.

      De wekker, André Janssens,

      Je kunt natuurlijk ook beweren dat de dichter Kuo Mo-Jo niet in de gaten heeft hoe hij de nagedachtenis van zijn vereerde voorzitter bezwaddert door de grote Mao Tse-Toeng het bed te laten delen met zo'n wel wat al te hartroerend reptiel, maar op die gedachte kom je alleen als je een oude mens bent, nog voorzien van een geheugen, die allerverschrikkelijkste hindernis, als het erop aankomt de nieuwe mens de ene leugen na de andere in de strot te duwen.

      Boze brieven van Bijkaart, W.F. Hermans,

      met bijwoord


      • niet bezwadderen

      'Mijn huis is het huis van een Homerische tovenares. Geen zee-pissebedje, maar Circe,' ratelde ik op m'n barkruk. 'Hoewel... eigenlijk wil ik de lieve naam van varkens hier niet bezwadderen.' 'O,' zei Zbigniev. Hij wist niet wie Circe was en durfde niet te vragen wat 'bezwadderen' betekende.

      De eerste dag, Margherita Pasquini,

      Woordfamilie


      Als deel van een afleiding