bonuspapa


bonuspapa 1.0

(onderwijs en opvoeding; (vooral) in Nederland; neologisme)

man die de rol van vader op zich neemt van een of meer kinderen die zijn partner uit een eerdere relatie heeft; man met een of meer stiefkinderen; stiefvader; pluspapa

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een bonuspapa…

is een papa; is een familielid; is een mens

      Algemene voorbeelden


      Jarno kreeg te kampen met darmfalen en later ook met perforaties in zijn darmen. Hij heeft een halskatheter waarlangs hij gevoed wordt, maar daaraan liep hij al verschillende infecties op. "Als die katheter wegvalt, kunnen ze niet veel meer voor hem doen", zegt zijn mama Hélena Vandermercken. "We proberen hem nog zoveel mogelijk comfort te geven." Daarom wilden zijn mama en zijn bonuspapa hem een heldenfeest geven voor zijn verjaardag.

      Het Laatste Nieuws,

      Mijn moeder was lesbisch, maar ze wilde altijd al moeder worden. In Denemarken in 1992 was er een blad voor de homogemeenschap en mijn moeder zette er een advertentie is. De eerste die reageerde was mijn vader, die later zou trouwen met zijn vriend. Ik heb nooit gehouden van de term 'stiefmoeder' of stiefvader', wij noemden het 'bonusmama' en 'bonuspapa'. Ik ben opgegroeid met een mama en een papa en een setje bonusouders.

      Gazet van Antwerpen,

      De biologische vader van mijn zus is sinds vorig jaar ook in haar leven en nog steeds heeft het geen impact op de band tussen haar en onze vader/ opvoeder. Hij is onze vader. Klaar. Haar biologische vader is nu een bonuspapa (en een heel groot antwoord op vanalles natuurlijk, dat wel).

      Fok!,

      Etymologie


      Aard herkomst inheems woord
      Vroegste datering 2015
      Samenhangende woorden (betekenis) bonusouder