derrie 1.0
((vooral) in Nederland; informeel)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Derrie…
is een stof
- [Geur] heeft vaak een misselijkmakende geur
- [Uiterlijk] ziet er vaak uit als een dikke brij
- [Vorm] komt soms voor in de vorm van plassen op de grond
- [Samenstelling] bestaat uit afvalstoffen, zoals uitwerpselen, braaksel, vervuilde olie, bedorven keukenafval, modder enz.
- [Consistentie] is vaak modderachtig van consistentie
- [Waardering] is iets wat afkeer of walging opwekt
Combinatiemogelijkheden
met adjectief ervoor
- een bruine derrie
- een gele derrie
- een witte derrie
L'histoire se répètera, peut-être - ik pers en pers en voel mijn onderlijf zich legen - zo moet een platgedrukte wesp zich voelen waar die witte derrie uitkomt - ik zet me schrap met mijn voetzolen plat tegen de deur, mijn knieën gebogen, mijn handen om de rand van de pot.
met adjectivisch tegenwoordig deelwoord
- een gistende derrie
- een stinkende derrie
Nu had de organisatie de plaatselijke landbouwers gevraagd hun mestoverschot te vermengen met houtmolm , en de aldus verkregen bruine substantie [...] uit te rijden over de blubberologisch gezien zwakste plekken. Het was de bedoeling dat deze actie de moddervorming zou tegengaan, maar helaas pakte het geheel anders uit [...]. Voor hen die ervan houden elkaar te bekogelen met stinkende derrie is het gemiddelde popfestival de Modderhemel.
in voorzetselgroep
- door derrie waden
- in derrie zitten
- onder de derrie zitten
- zich in de derrie wentelen
Hij keert het vuilnisvat genadeloos om, en wentelt zich bijna wellustig in de derrie.
ik zit in mijn broeken alsof ik in derrie zit.
Woordfamilie
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
derrie 1.1
((vooral) in Nederland; informeel)
Betekenisbetrekking
| Betrokken betekenissen | 1.0 : 1.1 |
|---|
Algemene voorbeelden
Deze saucissons zijn het best te omschrijven als hondendrollen, liggend in een gele of bruine derrie die voor saus moet doorgaan.