dooreten 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Dooreten…
is een handeling
Algemene voorbeelden
Ook aan tafel hoort men voortdurend Flora's stem er bovenuit. Ze maakt zelf wetten en voorschriften. 'Dat mag niet', 'Dat mag wel' of 'Jij moet dooreten.'
En op het meest onverwachte moment, als ik het uitschaterde van de lach, liet ze haar middelvinger tegen mijn oorlel knallen. 'Ajo, dooreten, niet zo giechelen jij!' Ik kan de pijn nog oproepen.
Langzaam zakt ze voor het tafeltje op haar knieën. En dan begint ze het voedsel naar binnen te proppen, in het begin haast zonder te kauwen. Vooral van het fruit kan ze niet afblijven. Ze eet door tot ze helemaal verzadigd is.
Had ze zelf vroeger haar kinderen zo niet eten gegeven? 'Kom vooruit, eet door, goed open die mond... Hap, hap...'
Tijdens het avondeten zei ze dat die van Helgers (ze knikte met het hoofd naar de muur) wist dat Charles thuiskwam. Haar man at door. 'Hoe weet ze dat dan?' vroeg hij na twee happen.
Joop zei: 'Eet door, je pizza wordt koud.'
Hermann at door, niet gehinderd door ons zwijgen.
Wade zei: 'Pa, hou nou even je mond en eet door.'
De stad kreunt onder de kanonschoten. De soldaten trekken een grimas naar de hemel en eten door.
Combinatiemogelijkheden
met bijwoord
- niet dooreten
Als ik niet doorat, als ik zat te giechelen met mijn broertje en niet deed wat ze zei, dan ging mijn moeder vlak achter me staan, de nagel van haar middelvinger tegen haar duim gedrukt.
- automatisch dooreten
- rustig dooreten
- stil dooreten
Ik bleef zwijgend wachten op de rest. Hij zette de tanden in het broodje kaas en vervolgde: "Ik moet je zeggen, ik vind ze niet je dat." Ik bleef stil dooreten. Wat moet je zeggen? Dat ik ze wel leuk vond?
"Nu, sinds ik de mollen pak, is mijn gras proper, kunnen de koeien rustig dooreten."
Zelfs na herhaalde malen kauwen nam ik nog steeds geen smaak waar, zodat ik maar automatisch doorat.
met infinitief
- blijven dooreten
We spreken van een eetbui (boulimie) als de betrokken persoon objectief teveel eet in een kort tijdsbestek (bijv. een grote hoeveelheid binnen 1/2 à 1 uur) en hierbij een controleverlies ervaart: ze lijken overrompeld te worden door een onbedwingbare drang tot eten; zodra ze menen van iets teveel gegeten te hebben, 'slaan ze door' en blijven dooreten tot ze 'barstensvol' zitten.