driekleurig 1.0
met drie kleuren; drie kleuren hebbend
Algemene voorbeelden
Bergen driekleurig ijs bekroond met pinda's en warme karamelsaus.
Het was een bonbondoosje met een kunstig geknoopte strik van driekleurig lint.
Vanuit het centrum vertrekken telkens driekleurige golflijnen die naar de hoeken uitlopen; ze verbeelden de rivieren die het aloude Assyrische land bevloeien: de blauwe Eufraat, de rode Tigris en de witte Zab.
Het lichaam van de Basset Hound ligt "laag bij de grond" [...]. De vacht is gewoonlijk driekleurig, wit, tan en zwart maar ze mag alle mogelijke kleurencombinaties en vlekken vertonen.
De driekleurige vlam, het partijsymbool van de MSI.