eergisternacht 1.0
in de nacht voor gisteren; in de nacht van eergisteren
Algemene voorbeelden
Ik [...] heb zo erg gruwelijk weinig geslapen deze week… Vannacht was het 3,5 uur [...], gisternacht 4 uur met tussenpozen, eergisternacht alleen maar woelen. Dat schiet natuurlijk niet op.
Het beeld van het meisje onder de paraplu was verdwenen, en ook de vijftig kilo wegende zonnebaadster was door dieven over het metershoge tuinhek getild. Schadepost: 8.000 euro. Elly legde de overige beelden aan de ketting, maar eergisternacht was het opnieuw raak.
Eergisternacht verstrooide hij hier vierentwintig vellen papier. Hij vroeg zich af hoe snel papier verdwijnt.