fashionista 1.0
(cultuur en samenleving; textiel, kleding en uiterlijk; neologisme)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een fashionista…
is een vrouw; is een persoon
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is modebewust
- [Geslacht] is een vrouw
- [Activiteit of handeling] volgt de laatste modetrends en kleedt zich vaak ook volgens die trends; houdt zich in het algemeen bezig met mode
Algemene voorbeelden
Niet iedereen heeft een vermogen ala Beyonce, dus voor fashionista's die op hun budget moeten letten is er Fashion Paradise.
Yaletown is een erg populaire wijk in Vancouver, voor jonge rijkelui en fashionista's. Je vindt er tal van dure boetieks en exclusieve salons, en chique auto's rijden hier af en aan. Het oude karakter van de hoofdstraten Hamilton Street en Mainland Street maakt de sfeer 'very sophisticated'.
In de twintigste eeuw is de rok voor mannen vaak symbool van anarchie. Langzamerhand werden ze ook geadopteerd door de homogemeenschap, als teken van hun alternatieve levensstijl. Vandaag worden rokken meestal gedragen als een 'statement' door fashionistas, pop- en filmsterren.
Woordfamilie
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
Etymologie
Aard herkomst | leenwoord |
---|---|
Vroegste datering | 2002 |
Brontaal | Engels |
Vorm in brontaal | fashionista |
Betekenis in brontaal | idem |