fietsblogger 1.0
(media, communicatie en telecommunicatie; ICT; neologisme)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een fietsblogger…
is een blogger; is een persoon
- [Activiteit of handeling] houdt een fietsweblog bij; draagt bij aan een fietsblog of heeft een eigen fietsblog
Algemene voorbeelden
Een Engelse fietsblogger, Mark Treasure, was onder de indruk van zijn bezoek aan Utrecht. "Ik kan me niet voorstellen dat zulke jonge kinderen een Engelse stad zouden binnenfietsen, laat staan zo vrolijk en ontspannen, alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Maar in Utrecht is het heel gewoon om een gezin op de fiets te zien."
Via een reactie van jou bij een andere fietsblogger kwam ik (nu pas) op jouw webblog terecht. Dit jaar ben ik bij de Marmotte gaan kijken. Ik heb hem zelf in 2003 en 2005 gefietst. Tijdens mijn verblijf dit jaar heb ik o.a. ook de Sarenne gefietst. Prachtige col!
Erg leuke bijdrage van fietsblogger Jordy van Baal op onze blog!
Combinatiemogelijkheden
met ander, nevengeschikt substantief
- fietser en fietsblogger
Ik als fietser en fietsblogger lees graag over fietsen. Een van de boeken die ik van de zomer las was De Nieuwe Fiets, geschreven door een gepassioneerd levensgenieter en fietser, Dirk Jan Roeleven.
met eigennaam
Erg leuke bijdrage van fietsblogger Jordy van Baal op onze blog!
Etymologie
| Aard herkomst | inheems woord |
|---|---|
| Vroegste datering | 2008 |