heli


heli 1.0

vervoermiddel dat zich door de aerodynamische liftkracht van een of meer grote, horizontaal ronddraaiende wieken door de lucht verplaatst en over bijzondere vliegeigenschappen beschikt zoals het vermogen om ter plekke verticaal op te stijgen en te dalen en achteruit en zijwaarts te vliegen; luchtvaartuig met een hefschroef; helikopter

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een heli…

is een luchtvaartuig

      Algemene voorbeelden


      De rotorbladen van de heli hakten de lucht boven ons aan mootjes. Het toestel leek nergens heen te gaan. Dat was raar; ze zouden door het dichte bladerdak niets kunnen zien en in een afgelegen gebied als dit was het onwaarschijnlijk dat ze met warmtezoekende apparatuur waren uitgerust. Het duurde ruim tien minuten voor ik een verandering hoorde in het toerental van de motor en de helikopter van ons wegvloog.

      Crisis four, Andy McNab,

      Combinatiemogelijkheden


      als subject bij een werkwoord


      • cirkelen
      • landen
      • opstijgen
      • vliegen

      De heli cirkelde boven het meer en wierp honderden schaduwen op de bomen in zijn poging een stabiele positie in te nemen in de harde wind.

      Crisis four, Andy McNab,

      De heli kwam weer over ons heen vliegen, dit keer op volle snelheid, maar we lagen goed verscholen.

      Crisis four, Andy McNab,

      in voorzetselgroep


      • per heli

      "Wij hebben liever dat de heli bij de brandweerkazerne aan de Sontweg komt te staan", zegt Das. De buurtorganisatie ziet niets in vliegen boven een woonwijk [...]. Das zegt dat ze er geen problemen mee heeft als patiënten of organen per heli naar het ziekenhuis komen en er op het dak wordt geland.

      De Telegraaf,

      Woordfamilie


      Als deel van een afleiding


      Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen


      Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen


      Als deel van een samenstellende samenstelling