iemand alleen spreken 1.0
iemand spreken zonder dat er anderen bij zijn
Algemene voorbeelden
Pas daags voor haar afreis kon ze Goethe even alleen spreken, in de koets op weg naar het hotel.
'Mark wil mij even spreken,' zei Maarten. 'Moet ik dan de kamer uit?' vroeg Ad, zich oprichtend. 'Wou je mij alleen spreken?' vroeg Maarten aan Mark. 'Voor mij hoeft het niet.' Maarten ging aan de vergadertafel zitten, met het licht in zijn rug.