kleine broer 1.0
organisatie die kleiner of minder sterk is dan een andere waarmee ze in verband gebracht
wordt
Algemene voorbeelden
De landskampioen was een etmaal later tegen zijn kleine broer echter een schim van zichzelf. Cercle, dat in de vorige editie geen enkele match won, liep heel fris te spelen en moest niet eens diep gaan om zijn tegenstander met een 0-4-ruststand op te zadelen.
Het FDF vormt als kleine broer met de PRL een federatie.