knippa 1.0
((vooral) in Suriname; (vooral) op de Caraïbische eilanden)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een knippa…
is een vrucht
- [Gevoelsindruk] heeft een gladde, iets korrelige, leerachtige schil; heeft sappig vruchtvlees
- [Kleur] is groen; heeft geel of zalmkleurig vruchtvlees
- [Smaak] smaakt zoet of zuur
- [Vorm] is rond of ovaal
- [Groeiwijze] groeit in trossen
- [Soort] is een besvrucht
- [Functie] wordt gegeten als fruit
- [Herkomst of oorsprong] is de vrucht van de knippaboom; is een tropische vrucht; is een exotische vrucht
- [Plaats] wordt vooral gegeten in Suriname en op de Caraïben
- [Gelijkenis] lijkt op lychee
Algemene voorbeelden
De Surinaamse vrucht die ik ging proeven heet knippa. Knippa eet je als volgt: je bijt een stukje van de schil van de vrucht er af. Vervolgens slurp je het vruchtvlees in zijn geheel in je mond. Het voelt heel glibberig aan. Als je het in je mond hebt ga je er op zuigen, tot er geen smaak meer is en gooi je de pit weg.
Woordfamilie
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
knippa 2.0
((vooral) in Suriname; (vooral) op de Caraïbische eilanden)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een knippa…
is een boom; is een plant; is een gewas
Wetenschappelijke naam: Melicoccus bijugatus
Rijk | Plantae; Planten |
---|---|
Stam | Embryophyta; Landplanten |
Klasse | Spermatopsida; Zaadplanten |
Orde | Sapindales |
Familie | Sapindaceae; Zeepboomfamilie |
Geslacht | Melicoccus |
Soort | Melicoccus bijugatus |
Algemene voorbeelden
Voordat de knippa vruchten draagt krijgt hij eerst een mooie lange sliert met daaraan erg veel mooie witgele bloemetjes.