kruis of munt gooien 1.0
een muntstuk opgooien en laten vallen en een bepaalde beslissing laten afhangen van
de kant die naar boven komt te liggen; tossen
Algemene voorbeelden
'Ik hou van jullie alle twee,' zei Leen zacht, alsof ze een bekentenis deed. 'Ik ook,' zei Tille, iets luider. 'We kunnen kruis of munt gooien,' zei Jan, maar niemand lachte.