lichtgewond


lichtgewond 1.0

niet ernstig gewond; met lichte verwondingen; lichte verwondingen hebbend

Algemene voorbeelden


De auto waarin zij meereed vloog door te hoge snelheid over de kop bij het knooppunt Hoogeveen. De bestuurder van de auto, een 47-jarige man uit Groningen en broer van de gewonde vrouw, verloor bij het ingaan van een bocht de macht over het stuur en de wagen sloeg over de kop. De vrouw werd lichtgewond naar het ziekenhuis gebracht en de auto moest naar de sloop.

Meppeler Courant,

Combinatiemogelijkheden


met werkwoord


  • lichtgewond raken
  • lichtgewond worden
  • lichtgewond zijn

Er zouden zich inderdaad nogal wat kinderen onder de slachtoffers bevinden, maar de meesten zijn lichtgewond.

De Standaard,

De gaskabel van de bus was door de turbulentie van koude lucht vastgevroren. Daardoor kon de bestuurder geen vaart minderen bij het binnenrijden van Baarledorp. De lijnbus ramde twee wagens voor hij tot stilstand kwam. Een Mercedes werd daarbij helemaal tot schroot herleid. De drie inzittenden van de twee wagens werden lichtgewond.

De Standaard,

In de Ardennen gebeurden maandagvoormiddag een dertigtal ongevallen, vooral met blikschade. Zondagavond botsten in Assesse tijdens een slippartij drie wagens, waaronder een truck. Twee inzittenden raakten daarbij lichtgewond, de N4 werd de hele nacht afgesloten voor alle verkeer.

De Standaard,

Woordfamilie


Als deel van een afleiding