maandenlang


maandenlang 1.0

die of dat verschillende maanden duurt; gedurende enige maanden; vaak met de nadruk op de voortdurende herhaling of lange duur van het genoemde, en daardoor op de intensiteit, saaiheid of verveling die ermee samenhangt: verscheidene maanden na elkaar aanhoudend; onafgebroken gedurende enige maanden

Algemene voorbeelden


In een kleine border is het verstandig om planten te kiezen die maandenlang bloeien.

http://www.intratuin.nl/

De besprekingen over de vorming van een regering leverden maandenlang geen resultaat op.

De Standaard,

Ook vorig jaar heerste er maandenlang onrust.

De Standaard,

De vakbonden vragen al maandenlang duidelijke informatie over de toekomst van het bedrijf.

De Standaard,

Combinatiemogelijkheden


met substantief


  • een maandenlange achterstand
  • een maandenlange polemiek
  • maandenlange wachtlijsten

Meer dan 225.000 leraren in heel Rusland zijn dinsdag een driedaagse staking begonnen. Daarmee protesteren zij tegen de maandenlange achterstand in uitbetaling van hun loon en tegen de financiering van het middelbaar onderwijs die in hun ogen te kort schiet.

Meppeler Courant,

Na een maandenlange polemiek in de pers haalde ze haar slag thuis. De regering werd gedwongen enkele wetten goed te keuren die het welzijn van de dieren moeten ten goede komen.

De Standaard,

Al snel bleek dat er overal maandenlange wachtlijsten waren.

De tweede geschiedenis, Loes Wouterson,