motorcoureur


motorcoureur 1.0

iemand die voor zijn beroep of uit liefhebberij deelneemt aan races op motorfietsen; motorrenner

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een motorcoureur…

is een persoon

  • [Activiteit of handeling] neemt deel aan races op motorfietsen
  • [Oorzaak, reden of aanleiding] rijdt motorraces voor zijn beroep of uit liefhebberij

    Algemene voorbeelden


    Eén van de jaarlijkse hoogtepunten op de evenementenkalender die aan de welvaart van Macau bijdragen, is de Grande Prémio. Het komend raceweekeinde past in die versmelting van werelddelen [...]. Traditioneel doen namelijk altijd veel Europeanen aan de races voor zowel auto- als motorcoureurs mee.

    De Telegraaf,

    Gerard Jimmink heeft gisteren de negende etappe gewonnen van de Dakar Rally. Hij is de eerste Nederlandse motorrijder die daar in is geslaagd. Debutant Jimmink liet alle fabrieksrijders achter zich in de 347 kilometer lange rit tussen Chinguetti en Tidjikja. De motorcoureurs reden zonder koersboek en waren aangewezen op hun eigen navigatiesysteem.

    NRC,

    Elke dag staat hij te sleutelen in zijn verbouwde boerenschuur. Hij noemt het liever ontwikkelen. De meeste motorcoureurs sleutelen aan een kant en klare fabrieksmotor.

    NRC,

    Ieder weekend heeft een motorcoureur wel een set nieuwe banden nodig.

    Meppeler Courant,

    Woordfamilie


    Als deel van een afleiding