onbeschofterik


onbeschofterik 1.0

((vooral) in België)

iemand die onbeschoft is; onbeschoft persoon

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een onbeschofterik…

is een persoon

  • [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is onbeschoft; wordt onbeschoft gevonden

    Algemene voorbeelden


    Castricum heeft op Van den Bogaert een onuitwisbare indruk nagelaten. 'Ik werk al 25 jaar voor televisie. Die Hollander is de grootste onbeschofterik die ik ooit tegenkwam', zegt hij. 'Hij gebruikte zijn camera als een wapen en liep rond met een air alsof hij de waarheid in pacht had.'

    http://www.nieuwsblad.be/article/detail.aspx?articleid=G0H3NAFOU,

    Een boer van een vent komt het compartiment binnen en gaat naast mij zitten. Tot hier geen bezwaar. Hij heeft heel veel plaats nodig en drumt mij tegen de kant. Met veel gestes gebaart hij dat mijn rugzakje weg moet. "Plaatsmaken aub!!", commandeert de onbeschofterik. "Kunt u wat beleefder zijn!!", zeg ik in zijn oor. "Ik heb aub gezegd!!", antwoordt hij.

    http://confusius.skynetblogs.be/archive/2008/02/06/onbeschofterik-op-de-trein.html,

    'Wegereef is onbeschofterik'. Oliver Kahn is niet te spreken over het vrijeschopdoelpunt van Dietmar Hamann tegen de Rode Duivels. Hij vindt het onbeschoft van scheidsrechter Wegereef dat hij het doelpunt valideerde.

    http://web01.sport.be/nl/voetbal/rodeduivels/article.html?Article_ID=37003,

    Woordfamilie


    Als deel van een afleiding