peervormig 1.0
Algemene voorbeelden
De sawo-appel van de sapotillaboom is een peervormige vrucht met een geelachtige schil en vruchtvlees van dezelfde kleur.
Peervormig: als je meer vet rond de heupen hebt dan op je buik.
En wat tekent de luitenant als het laat wordt en wat zijn z'n lippen smalletjes, en zijn oren worden groter naarmate de nacht vordert en het hoofd van de aal is werkelijk peervormig, een omgekeerde peer, met pluizig haar begroeid.
Tomaten zijn er in verscheidene kleuren en vormen [...]. Rond, langwerpig, ovaal, kers- of peervormig, keuze genoeg om kreatief aan de slag te gaan.
Kaptollen waren niet paddestoel- maar peervormig: ze werden aan het draaien gebracht door een touw, om het spits toelopende gedeelte gewonden, met een ruk los te trekken.
Combinatiemogelijkheden
met substantief
- een peervormig figuur
- een peervormig lichaam
- een peervormige gestalte
'Raad me eens wat aan,' vraagt hij aan een sauriër met een peervormig lichaam en een buitenproportioneel klein hoofd dat hem uit prehistorische hoogten niet-begrijpend aanstaart terwijl het traag een kaassoufflé tussen de paleontische kiezen vermorzelt 'Iets lekkers,' zegt David, 'iets wat niet van strokarton is gemaakt.'
Kleine borstjes, vrij korte benen, nogal dikke dijen, peervormig noemde je zo'n figuur.
Achter haar lopend, stelde ik vast dat zij een peervormige gestalte had, nogal voluptueus.
- peervormige borsten
- peervormige tieten
Ik heb graag een beetje onvolmaakte borsten. Geen borsten uit de reclame [...]. Hanna's borsten zijn te groot voor de reclame en te peervormig.
Ze droeg geen bustehouder want haar peervormige borsten veerden onder de stof gelijk jonge dieren in de zonneschijn.
Ze opent haar donkere lippen maar zegt niets, ik schuif de beha af, haar peervormige tieten hebben kleine donkere tepels, ik zuig eraan tot ze hard zijn..
- een peervormig gezicht
- een peervormig hoofd
Peervormig. Het omgekeerde van het hartvormige gezicht: een dominerende kaaklijn die versmalt naar de kaak toe.
Ook in de zielen van Napoleon De Cloedt, geroemd om zijn strijdgedichten maar geplaagd met een peervormig hoofd, en Arthur Bleys, een eveneens niet van poëtische bewogenheid verstoken gebleven achterneef van fabrieksbaas Drieghelynck, draait het één en ander zot.