schrijnwerker 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een schrijnwerker…
is een persoon
- [Plaats] werkt in een werkplaats, atelier of winkel
- [Tijd] was vroeger een gangbaarder beroep dan tegenwoordig
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is vaak nauwkeurig
- [Deskundigheid of vaardigheid] is een vakman
- [Activiteit of handeling] maakt sierlijke kisten, kasten, meubels, kerkdelen of lambrisering uit hout
- [Object betroffen] werkt met hout
- [Object ontstaan] maakt onder andere kisten, kasten, meubels, kerkdelen of lambrisering
- [Oorzaak, reden of aanleiding] oefent zijn functie uit voor zijn beroep
- [Gevolg of resultaat] heeft geleid tot het beroep van begrafenisondernemer, omdat de schrijnwerker grafkisten maakte
Algemene voorbeelden
"Als iemand vroeg of ik iets kon tekenen zei ik altijd ja. Zoals je een schrijnwerker kunt vragen om een kast of een tafel voor je te maken."
Het vervaardigen van grafkisten gebeurde 40 jaar geleden bij de schrijnwerker in je dorp.
Hij was schrijnwerker en had hier een klein atelier. Uiteraard heeft hij alle schrijnwerk in het huis zelf gedaan. Van dat alles heb ik alleen de mooie, houten voordeur kunnen behouden.
Veel oude keukenkasten zijn volledig ingebouwd en nog in perfecte staat op maat gemaakt door schrijnwerkers.
Gedeeltelijk is die stijlchaos te verklaren uit de aanvankelijke scheiding tussen de uurwerkmakers - oorspronkelijk grofsmeden - en de makers van kasten en decoraties zoals schrijnwerkers, goud- en zilversmeden, graveurs en emailleurs.
Als zoon van een schrijnwerker leerde Gerrit Rietveld het vak in de winkel van zijn vader.
Combinatiemogelijkheden
met ander, nevengeschikt substantief
- architecten en schrijnwerkers
- de schoenmaker, de klompenmaker, de zeeldraaier, de bakker, de schrijnwerker en de messenmaker
- metselaars, schrijnwerkers en bekisters
- schrijnwerker en aannemer
Voor mij is bet belangrijk dat architecten en schrijnwerkers een brede achtergrondkennis opbouwen over hout.
In ambachten maken we kennis met het materiaal van de schoenmaker, de klompenmaker, de zeeldraaier, de bakker, de schrijnwerker en de messenmaker.
Aan een metselaar met wie hij in gesprek kwam vroeg hij of hij alleen dit ganse huis zou bouwen. "Zeker niet", was het antwoord, "de timmerman en de schrijnwerker moeten nog komen en ook de steenhouwer en de kalkdrager, de loodgieter en de schaliedekker."
Uit het laatste rapport van de VDAB over de knelpuntberoepen zijn er in deze regio onder meer tekorten aan monteurs van centrale verwarming, elektriciens, schilders-behangers, stukadoors, dakdekkers, kasseiers-wegenwerkers, grondwerkers, graafmachinebedieners, gevelreinigers en bovenal aan metselaars, schrijnwerkers en bekisters.
Jarenlang was hij schrijnwerker en aannemer.