shopaholic 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een shopaholic…
is een persoon
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is verslaafd aan winkelen; is koopziek; heeft een koopverslaving
- [Geslacht] is meestal een vrouw
Algemene voorbeelden
Yolanthe Sneijder Cabau ziet zichzelf niet als een shopaholic [...]. "Eens in de zoveel tijd koop ik een stapel mooie kleren, zodat ik een poos vooruit kan. Ik hoef niet elke week iets nieuws."
Een meerderheid van de winkels bestaat uit kledingzaken, zowel voor vrouwen als heren. Romantisch klinkende namen als Liselore en Suomi lonken naar de shopaholic.
In januari begint de Winterschlussverkauf, de officieuze winteruitverkoop waarin altijd fikse kortingen worden geboden. Een weekendje Düsseldorf is in deze periode met zijn superdeluxe modehuizen een must voor elke shop-a-holic.
Verslaafd aan winkelen? In de zomer naar een ver vakantieoord? Voor shopaholics loont het dan de moeite om een stopover in Hongkong te maken.
Charles hield [...] de iets jongere Camilla Parker-Bowles als hartsvriendin, ook na haar huwelijk, volgens Andrew Morton tot wanhoop en verdriet van prinses Diana. Toch is de laatste nog steeds de meest aanbeden prinses die het Huis van Windsor ooit heeft gekend. Haar aanvankelijke imago van leeghoofdige 'shopaholic' met een gat in de hand - de Daily Mirror betitelde haar ooit als 'Princess Pea Bram', met de hersenomvang van een erwt - is met de jaren verdwenen.
Marina de Wolf, directeur van de Stichting Fobieclub Nederland, krijgt sinds afgelopen zomer steeds vaker met shop-aholics te maken. Na berichten in de media dat Amerikaanse psychiaters koopverslaving met medicijnen bestrijden, besloot zij ook in Nederland aandacht te schenken aan de gedragsstoornis.