sire/SIRE

Hij zag de ordonnans wegrijden. Hij zag hem voor de keizer verschijnen. Hij hoorde hem zeggen: Sire, de Onbekende Maarschalk voert met zijn eskadron de voorhoede van uw leger aan. Hij sabelt er op in en de Russen vluchten overal waar ze hem zien. - Hij hoorde de keizer zeggen: Alweer de onbekende Maarschalk. Hij redt mijn leger, hij redt ons allemaal.

De koning is bijziende, hij hangt loodrecht aan het touw en hijst zich op, zijn bril bewasemt, hij tast met zijn rechterhand de gekartelde wand af, hij graait in de natte klimop. Op dat ogenblik verschijnt in een kloof van de rots een man met een verminkt gezicht, de helft van zijn gezicht is ingedeukt, het ene oog ligt lager dan het andere en lijkt verlamd. 'Hangt u goed, sire?' vraagt de man. 'Merci mon dieux, ik hang perfect.' 'Goed zo, sire,'zegt de man en haalt vanonder zijn draderige legerjas een broodmes te voorschijn.

Het ongeluk wilde echter dat hij die dag met flinke vertraging en een grote pleister op zijn voorhoofd op de audiëntie was verschenen. 'Uw veiligheid baart me zorgen,' zei de koning, die hem een handdruk van perkament gaf. 'Wat is er gebeurd?' 'Ik weet het niet,' stamelde hij. 'Ik ben beneden aan de trap in een plas bloed wakker geworden. Het is me een echt mysterie, sire.'

Tot 1791 was Senez - het Romeinse Sanitium - een diocees. Maar dan wel een straatarm. Toen Louis XIV hem vroeg hoeveel hospitalen zijn bisdom telde, antwoordde monseigneur Jean Soanen: "Eén, sire, het meet zestien meter bij acht."

Da Ponte, nooit bovenmate geteisterd door valse bescheidenheid, besloot ten paleize te solliciteren naar deze aanstelling. "Geen enkele, Sire", antwoordde Da Ponte op de vraag van Keizer Leopold II hoeveel libretto's hij eigenlijk geschreven had. "Mooi", zei de keizer, "eindelijk een máágdelijke muze."

Er zijn onder Davids manschappen drie waaghalzen die een huzarenstukje gaan neerzetten. Ze breken met gevaar voor eigen leven door de linies van de Filistijnen heen, scheppen een emmertje water uit de put van Betlehem [...] en brengen het bij David: 'Alstublieft, Sire! Op uw gezondheid!'

Ooit heeft koning Leopold II in Lier een handelsbeurs bezocht, waar een bakker hem, tegen alle voorschriften in, een Vlaaike liet proeven. Toen de smakelijk smekkende vorst hem vroeg, hoe dat gemaakt was, antwoordde de Lierenaar: "Wel meneer sire de keunink zijne majesteit, dat zal ik niet zeggen, c'est le secret de la maison".

De Morgen blijkt dat bijna negentig procent van de Belgen de voorkeur aan een koning geven boven een gekozen president. In een vergelijkbare opiniepeiling in 1990 was de steun voor de monarchie 61 procent. Onder de kop "Sire, er zijn geen republikeinen" publiceerde de krant zaterdag de resultaten. Slechts 6,2 procent van de ondervraagden gaf de voorkeur aan een president als staatshoofd.

SIRE werkt zonder geld. Dat wil zeggen dat SIRE anderen vraagt om op vrijwillige basis medewerking te verlenen aan een campagne. Doelstelling. In de statuten staat: "De Stichting heeft tot doel in het belang van de Nederlandse bevolking ideële onderwerpen te communiceren, die door hun aard of veelvuldigheid van hun voorkomen van actuele en algemene betekenis zijn, en waarvoor anderszins geen publiciteitsfondsen en middelen beschikbaar zijn of kunnen komen."

Kortom: daders en omstanders zien de ernst van hun daden vaak niet in, omdat het plagen van onschuldigen een vanzelfsprekend en natuurlijk sociaal proces is. Bovendien praten 220.000 kinderen uit het basis- en zo'n 50.000 in het voortgezet onderwijs er niet met hun ouders over. [...]. Vanwege bovenstaande redenen en het gebrek aan kennis bij de meeste betrokkenen is de SIRE begonnen met de campagne. Op woensdag 15 maart gaf staatssecretaris Netelenbos van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen het officiële startsein. De campagne moet ervoor zorgen dat iedereen in Nederland doordrongen raakt van de ernst van de problemen die pesten veroorzaakt.

Ruim een kwart van de Nederlanders (28 procent) verricht dagelijks vrijwilligerswerk. Dit blijkt uit een enquête in opdracht van de Stichting Ideële Reclame (SIRE).

Na vijfentwintig jaar waarschuwen voor de gevaren van onveilig vuurwerkgebruik, was de campagne van 1999/2000 de laatste. Naast SIRE zijn er diverse instanties en organisaties die al jaren aandacht besteden aan dit onderwerp, zoals brandweer, politie, de HALT-bureaus en de stichting Consument en Veiligheid, die het onderdeel 'Zwerfvuurwerk' overnam.

De meeste basisscholen in Meppel doen actief mee aan de campagne 'Game over! Pesten is geen spelletje!', een initiatief van de Stichting Ideële Reclame (SIRE).

SIRE heeft de stichting HALT en Consument Veiligheid officieel toestemming verleend het thema "Je bent een rund als je met vuurwerk stunt" te gebruiken.