smikkelen 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Smikkelen…
is een activiteit
Combinatiemogelijkheden
met infinitief
- zitten smikkelen
Als ik hem zo zie zitten smikkelen zeg ik in mijn eigen: "George Bernard Shaw mag zeggen wat hij wil en alleen maar, noten en groensels eten, de mens is toch een vleeseter."
Na je halve kreeftje (slechts 34,95 dollar, 's maandags 24,95) en je ijskoude witte wijn kun je dan een snoezig hemmetje kopen van dit restaurant, waar vele groten uit de Amerikaanse sportwereld hebben zitten smikkelen.
met een infinitief met te
- hebben te smikkelen
- zitten te smikkelen
Niet alleen de toestand in de wereld baart Toon zorgen, het lawaai van bromfietsen vooral, met als goede tweede honderdduizend kind'ren die maar niets te smikkelen hebben, kind'ren voor wie het altijd vasten is en nooit eens carnaval.
Nauwelijks binnen in de warme roodgetegelde ruimte met de oudhollandse stoelen [...] was Floris maar al te blij dat de voordeur zo verstandig was geweest om niet toe te geven. Want dan zou Floris zeker met die groen geschilderde eikendeur het frêle bruidspaar weggemaaid hebben dat in gezelschap van al de familie en vrienden pal achter die deur zat te nippen aan grote hoge kelken op ijle pootjes en te smikkelen van piepklein hapjes en snapjes die precies bij de tafelkleden en het mosgroen van Floris' reusachtige voordeur kleurden.
Daar zaten onze Jules en zijn vriendinnen, overgoten door onwerkelijk maanlicht, romantisch te smikkelen uit een plastic zak, om beurten slokken uit één fles nemend - en hier zaten wij.
met adjectief
- lekker smikkelen
Helaas moet je, als uitgever, naast het lekker smikkelen ook nog boeken uitgeven.
"Daar ligt wel een heel flinke peen, die is groot genoeg voor de hele bemanning, lekker koken, lekker smikkelen."