sneeuwgors


sneeuwgors 1.0

zangvogel met een sneeuwwitte onderzijde, een gele snavel met een zwarte punt, zwart en witte vleugels en als mannetje een zwart met witte rug en als vrouwtje een roodbruine rug, die leeft op rotsachtige en schaars begroeide toendra's en in de broedperiode in rotsachtige gebieden in het noorden van Europa, Azië en Amerika
Ook van toepassing op het vogelgeslacht of soort in het algemeen en dan vaak in het meervoud gebruikt.

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een sneeuwgors…

is een vogel; is een dier

  • [Afmeting] is 16 cm lang
  • [Geluid] zingt, fluit; maakt een zingend of fluitend
  • [Kleur] heeft een sneeuwwitte onderzijde met zwart en witte vleugels en als mannetje een zwart met witte rug en als vrouwtje een roodbruine rug; heeft een gele snavel met een zwarte punt, die geheel zwart is voor het mannetje in het zomer
  • [Bouw] is gewerveld; heeft twee poten
  • [Deel] heeft een korte, kegelvormige snavel, aangepast aan het eten van zaden
  • [Voortplanting] legt eieren
  • [Plaats] leeft op rotsachtige en schaars begroeide toendra's en in de broedperiode in rotsachtige gebieden
  • [Woongebied] komt voor in het noorden van Europa, Azië en Amerika; komt in de winter soms ook bij ons voor
  • [Leeftijd] kan ongeveer 10 jaar oud worden, maar wordt gemiddeld 3 jaar oud
  • [Gedrag] is voornamelijk een planteneter, maar eet in het broedseizoen ook wel ongewervelde dieren
  • [Betrekking of relatie] behoort niet tot de familie van de gorzen (Emberizidae), maar tot de familie Calcariidae

Wetenschappelijke naam: Plectrophenax nivalis

Rijk Animalia; Dieren
Stam Chordata; Chordadieren
Klasse Aves; Vogels
Orde Passeriformes; Zangvogels
Familie Calcariidae
Geslacht Plectrophenax; Sneeuwgorzen
Soort Plectrophenax nivalis

Algemene voorbeelden


Sneeuwgorzen broeden in kale, rotsige gebieden in het noorden en komen naar Nederland toe om te overwinteren. De sneeuwgors is sterk gebonden aan de kust en de grootste groepen worden vooral gezien in het oostelijke Waddengebied. In het binnenland is de soort zeldzaam. De landelijke aantallen schommelen van jaar tot jaar, in de beste jaren zullen enkele duizenden sneeuwgorzen in Nederland verblijven. Als ze vliegen vallen gelijk de witte vlekken op de vleugels op en weet je gelijk dat het sneeuwgorzen zijn.

https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/sneeuwgors

Sneeuwgorzen broeden van alle zangvogels het meest noordelijk, tot voorbij de boomgrens. De meest noordelijke nestplaatsen zijn niet ver meer van de Noordpool. Daar moeten de jongen in korte tijd opgevoed worden. De ouders zijn dan ook bijna 24 uur per dag bezig met het verzamelen van voedsel. Sneeuwgorzen eten vooral zaden, maar in het broedseizoen ook insecten.

http://www.waddenzeeschool.nl/uploads/encyclopediedata/content-waddenbieb.php?id=4112&language=0

Sneeuwgorzen broeden in de zomer in het noordpoolgebied. Rond oktober zoeken ze warmer terrein op en vliegen ze zuidelijk naar de kust van de Noordzee en de Oostzee.

http://www.waddenzeeschool.nl/uploads/encyclopediedata/content-waddenbieb.php?id=4112&language=0

Combinatiemogelijkheden


voorafgegaan door naamvalsgenitief


  • de McKays sneeuwgors

De McKays sneeuwgors (Plectrophenax hyperboreus) is een zangvogel uit de familie van Calcariidae.

https://nl.wikipedia.org/wiki/McKays_sneeuwgors

met substantief ervoor


  • groepjes sneeuwgorzen

Sneeuwgorzen broeden in de zomer in het noordpoolgebied. Rond oktober zoeken ze warmer terrein op en vliegen ze zuidelijk naar de kust van de Noordzee en de Oostzee. In de winter kun je daarom op Nederlandse strandvlakten, kwelders en schorren groepjes sneeuwgorzen zien.

http://www.waddenzeeschool.nl/uploads/encyclopediedata/content-waddenbieb.php?id=4112&language=0

Woordfamilie


Als deel van een afleiding