spiegelkijker 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een spiegelkijker…
is een instrument; is een voorwerp
- [Deel] bestaat uit een hol gebogen spiegel in plaats van lenzen
- [Functie] wordt voornamelijk gebruikt voor het bekijken en fotograferen van sterren en planeten
Algemene voorbeelden
Globaal gezien kennen we twee typen telescopen: de lenzenkijker, ook wel refractor genoemd en de spiegelkijker die ook kan worden aangeduid als reflector. Algemeen kan gesteld worden dat refractoren doorgaans lichtzwakke instrumenten zijn. Daarmee bedoelen we dat de verhouding tussen de lensdiameter en de brandpuntsafstand ván die lens doorgaans vrij groot is. Heel normaal bij refractoren is dat de brandpuntsafstand zo'n 10 tot 15 maal de diameter van de lens bedraagt. Hoe groter nu dat verhoudingsgetal is, hoe lichtzwakker het instrument. Spiegeltelescopen behoren per definitie tot de lichtsterkere instrumenten. Hier ligt het verhoudingsgetal doorgaans beneden de 10.
Een spiegelkijker kan op twee manieren gebruikt worden: 1. Met behulp van de 'ooglens' kijkt men door de kijker rechtstreeks naar de maan, een der planeten, een sterrenhoop, een nevel enz. Het is een manier van kijken die vooral tijdens open avonden beoefend wordt. Men heeft direct contact met de objecten aan de hemel en men kan betrekkelijk snel van object wisselen. Op zo'n avond zal men bijvoorbeeld ontdekken dat men zelfs relatief kleine details op de maan kan zien, tot 1 km in doorsnede. Maar ook zal men op de planeet Mars de poolkappen kunnen zien, ja zelfs een complete 'landkaart'. Jupiter biedt weer een ander schouwspel met zijn banden terwijl tenslotte Saturnus met zijn ringen voor velen de kroon spant. 2. De spiegelkijker kan echter ook gebruikt worden om objecten aan de hemel te fotograferen.
De lenzenkijker is wel is waar kleiner, maar geeft een scherper beeld. Dit komt doordat voorin een spiegelkijker vrijwel altijd een kleiner spiegeltje zit, dat het licht in de richting van het oculair moet reflecteren. Het sterrelicht valt voor het op de hoofdspiegel valt, eerst langs het kleine spiegeltje, waardoor het enigszins verstrooid wordt. Hierdoor wordt het beeld iets onscherp. Door deze eigenschappen is de spiegelkijker ideaal voor zwakke gasnevels, de lenzenkijker voor planeten.