stijfkop


stijfkop 1.0

((vooral) in Nederland)

iemand die eigenwijs en niet flexibel is; iemand die blijft volharden in zijn mening, zelfs als die aantoonbaar onjuist is; keikop
Ook als scheldwoord.

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een stijfkop…

is een persoon

  • [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is eigenwijs en niet flexibel; blijft star zijn eigen mening aanhangen, zelfs als die aantoonbaar onjuist is
  • [Waardering] wordt negatief gewaardeerd

    Algemene voorbeelden


    De grote vraag is wat er met Bosnië gebeurt [...]. Wat zal er met de Moslims gebeuren [...]? Dat zijn problemen die niet kunnen worden opgelost door stijfkoppen, mensen die zich als fundamentalisten opstellen.

    De Standaard,

    Aan de andere kant was hij ook een stijfkop, die zelden rekening hield met de mening van andere mensen en bijna nooit deed wat iemand hem probeerde op te leggen.

    Pandora, Pieter Aspe,

    Maar Ligthart wil de tango niet dansen, hij wil niet, de stijfkop.

    Het nietigste, Marie Kessels,

    Combinatiemogelijkheden


    met adjectivisch tegenwoordig deelwoord


    • een volhardende stijfkop

    Hij is een dermate volhardende stijfkop, dat hij het tenslotte heeft klaargespeeld op alle stoelen, tafels, bedden, boekenkasten en schrijfbureaus te mogen liggen. Geen mens jaagt hem daar blijvend vandaan.

    Huisding en huisdier, Gerrit Kouwenaar,

    Woordfamilie


    Als deel van een afleiding