verdikkeme 1.0
(eufemistisch; (vooral) gesproken taal)
Algemene voorbeelden
Een verpleegkundige die zegt: nou meneer, over vijf minuten zijn we er wel met het kind. Hij hoorde instrumenten vallen. En die vijf minuten werden er twintig. Twintig minuten waarin hij ons allebei dacht te verliezen. En daar werd hij zo boos om, want nou had hij dat kind verdikkeme geaccepteerd, dan moest het niet op het laatste moment nog doodgaan ook!
'Eerst even die verhipte afwas doen,' zegt ze. Dat is ook zoiets van de Cleary's. Ze vloeken bijna nooit. Het is altijd verhip en verdikkeme en chips in plaats van shit.
Verdikkeme, wat was er aan de hand? De hele kade was vol mensen en lawaai, en kindertjes met vlaggetjes zaten op zíjn bank.
Het sneeuwt verdikkeme in Helsinki.
'Verdikkeme, waar zit me aansteker nou,' hoorde hij de man op de brug mompelen.
Combinatiemogelijkheden
in de zin
- wel verdikkeme
Ze rennen weg, de oude haan bedaard spurtend voorop, de jonge er als een hazewindhond achteraan. Plotseling klinkt een schot en de jonge haan valt morsdood ter aarde. "Wel verdikkeme," moppert de boer en laat zijn jachtgeweer zakken, "dat is nu al de zoveelste haan van de verkeerde kant."
Wel verdikkeme. Ik heb een boek klaar liggen "de alleszeggende stilte", maar te snel na het vorige om nu alweer te publiceren (maar al heel lang aangekondigd!) [...] en natuurlijk verschijnt er net een boek over stilte van Jan Mulder.
Wel verdikkeme, hoopte ik toch zo om noooooooit meer iets van die PVV te horen. Hopelijk gaan ze snel weer stiekem achterkamertjes overleggen met de VVD en het CDA, wat een zalige rust.