wolaap 1.0
grote aap uit de regenwouden van Zuid-Amerika met een lange grijpstaart en een wollige
bruine vacht
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een wolaap…
is een aap; is een zoogdier; is een dier
- [Afmeting] wordt 46 tot 65 cm lang
- [Geluid] piept; lacht; schreeuwt; maakt een piepend, lachend of schreeuwend geluid
- [Kleur] heeft een bruine, wollige vacht en een zwart gezicht
- [Bouw] is gewerveld; heeft vier poten
- [Deel] heeft een lange grijpstaart die langer is dan de rest van zijn lichaam
- [Voortplanting] brengt de jongen levend ter wereld
- [Plaats] leeft in het regenwoud
- [Woongebied] komt voor in Zuid-Amerika
- [Leeftijd] wordt 25 tot 30 jaar oud
- [Beweging] slingert zich met zijn grijpstaart en ledematen van tak tot tak
- [Gedrag] is een alleseter
| Rijk | Animalia; Dieren |
|---|---|
| Stam | Chordata; Chordadieren |
| Klasse | Mammalia; Zoogdieren |
| Orde | Primates; Primaten |
| Familie | Atelidae; Grijpstaartapen |
| Geslacht | Lagothrix |
Algemene voorbeelden
Veel van de apen op Apenheul komen van nature voor in de Nieuwe Wereld. Dat geldt voor alle dwergaapjes, de doodshoofdaapjes, capucijnapen, slingerapen en wolapen. Al deze Nieuwe Wereld-apen leven in de tropische wouden van Midden- en Zuid-Amerika.
Dit sluit aan bij de inlijving van een nieuw territorium, b.v. zoals dat werd waargenomen door Leonard Williams bij wolapen: alle takken van de nieuwe omgeving worden beproefd op sterkte, de zwakke afgebroken, de goede ingewreven met eigen speeksel.