zeepok 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een zeepok…
is een kreeftachtige; is een dier
- [Afmeting] heeft meestal een doorsnede van 5 tot 10 millimeter
- [Kleur] is wit of grijs
- [Vorm] heeft de vorm van een plat kegeltje of een afgeplatte piramide
- [Bouw] is ongewerveld
- [Deel] heeft een uitwendig kalkskelet en lange vangpootjes; heeft een penis die tot wel 7 keer zo lang kan worden als het lichaam en die elk jaar na het paarseizoen afsterft om later weer aan te groeien
- [Voortplanting] legt eieren; heeft als mannetje een penis die tot wel 7 keer zo lang kan worden als het lichaam, zodat naburige zeepakken bevrucht kunnen worden; kan ook zijn zaad laten wegstromen in het water, waarna dit binnengehaald kan worden door andere zeepokken met de lange vangpootjes
- [Woongebied] komt als diersoort wereldwijd voor in zee
- [Leeftijd] wordt 5 tot 10 jaar oud
- [Geslacht] is tweeslachtig
- [Gedrag] is een alleseter; is een filtervoeder; opent zich onder water en voedt zich dan met plankton; hecht zich op hout, stenen, schelpen, vissen enz.
- [Onderscheid of tegenstelling] kan zich, in tegenstelling tot andere kreeftachtigen, niet bewegen en zit vast op verscheidene oppervlaktes
Rijk | Animalia; Dieren |
---|---|
Stam | Arthropoda; Geleedpotigen |
Klasse | Maxillopoda |
Orde | Sessilia |
Algemene voorbeelden
Op het eerste gezicht zou je het niet zeggen, maar zeepokken horen bij de kreeftachtigen. Ze hebben een uitwendig kalkskelet dat lijkt op een miniatuur vulkaantje en is opgebouwd uit verschillende platen [...]. De zeepok zit verstopt in zijn huisje, de kegel. Als de zeepok onderwater staat, steekt hij een aantal sprietjes uit de kegel. Door deze sprietjes heen en weer te bewegen vangt hij langsdrijvend plankton.
Hoe komt het dan dat je de zeepokken niet "overal" op vindt? Omdat de meeste koralen en veel vissen hun slijm regelmatig vernieuwen of omdat ze zelf stoffen afscheiden die het vastzetten verhinderen. Dit slijm (mucus) verhindert op natuurlijke wijze de vastzetting.
De zeepokken die zich laten vervoeren op de huid van walvissen en zo de voordelen genieten van een ononderbroken, voedselrijke waterstroom.
In de Middellandse Zee is de gemarde slijmvis (Blennius Galerita) het meeste aan het leven in de brandingszone aangepast. Hij is circa 7 cm. groot, zwart gespikkeld en voed zich hoofdzakelijk met rankpoten van de kleine witte zeepok. Vaak zoekt hij zijn slachtoffer uit op het droge, ja zeker als het water terug is getrokken. Zodra een aanspoelende golf de zeepok bereikt en deze zijn huisje opent om zich te voeden bespringt de slijmvis hem om zijn rankpootjes af te rukken.