zomerdag 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een zomerdag…
is een dag; is een periode
- [Tijd] valt in het zomerseizoen
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is vaak een dag waarin de temperaturen hoger zijn dan in de andere seizoenen en wordt gekenmerkt door de volle groei en bloei van vegetatie
- [Voorbeeld of specimen] is een dag uit de maanden juni, juli of augustus
Algemene voorbeelden
Het huis strekte klagend zijn balken in de nawarmte van de zomerdag.
Combinatiemogelijkheden
met adjectief ervoor
- hete zomerdag
- mooie zomerdag
- warme zomerdag
- zonnige zomerdag
Zoals de alchemisten, gebogen over hun smeltkroezen, moederlogen en sublimeerpotten, driftig worden meegezogen in hun mysterieuze en onafrembare chemische graaltocht, zo bewerkten die hete zomerdagen in ons denken en voelen een onstuitbaar groei- en rijpingsproces.
Herkent u de situatie: "Mooie zomerdag en ineens een wesp in de auto. Peuter helemaal in paniek."
Warme zomerdagen: Wanneer honden het te warm hebben, maken ze zich zo groot mogelijk. Door het grote lichaamsoppervlak kan de lucht de huid koelen.
Bovendien stelt een serre u in staat om in een comfortabele omgeving elk jaargetijde maximaal te profiteren van het buitengebeuren, van 'morgens vroeg tot 's avonds laat. Zonnige zomerdagen, stormachtige herstdagen, winterse vrieskoude of een frisse lentebries beleeft u behaaglijk en met volle teugen.
met adjectivisch tegenwoordig deelwoord
- stralende zomerdag
Vier maanden later, een stralende zomerdag, zit Marion trots met de baby tegen zich aan in de zon buiten op het terras.
in voorzetselgroep
- op een zomerdag
- op zomerdagen
Meer dan tweeduizend vluchten voerde hij uit, vaak in aanwezigheid van enthousiaste toeschouwers. Maar dan, op een zomerdag, toen niemand het verwachtte, eiste de diepte die haar verschrikking had verloren, plots de hoogste prijs.
Op zomerdagen was deze tuin met het gekwetter van vogels, het gezoem van insekten, zijn veelkleurige bloemen en wolken vlinders 'een vreemde, mooie plek'.