zwartleren


zwartleren 1.0

gemaakt van zwart leer
Vooral gezegd van kleding, maar ook wel van andere zaken.

Algemene voorbeelden


Ik sperde mijn kleverige ogen open en zag een in een zwartleren jas gehulde gedaante naast mijn bed opdoemen.

Bulgaar in Wassenaar, Michael Eenhoorn,

Ze droeg een zwartleren jack, een spijkerbroek en zwarte laarzen.

Verbroken zwijgen, J. Bernlef,

Hij keek naar het grasgroene T-shirt, het zwartleren korte rokje.

Verbroken zwijgen, J. Bernlef,

Militaire trommel Franktrijk, ca. 1850. Messing trommel met boven en onder een blauwe houten band. Fabrikantenstempel 'Robert à Paris'. H. 28 cm. Diam. 40 cm. Hierbij een zwartleren bandelier en twee trommelstokken in messing kokers.

http://www.hessink.nl/Webalbum/toetanchamon/ militaria/ALBUM10.HTML,

zwartleren 1.1

in zwartleren kleding gehuld; zwartleren kleding dragend

Betekenisbetrekking


metonymie
Betrokken betekenissen 1.0 : 1.1

Algemene voorbeelden


Eerst toen hief ze beide zwartleren handen naar de slapen, tilde plechtig hoedje, haar en voile in de hoogte en legde alles voor zich op tafel, met een opeens onvoorstelbaar blote, zonovergoten en obsceen witte schedel.

De biograaf, Willem Brakman,

zwartleren 2.0

met zwart leer bekleed
Vooral gezegd van meubelstukken en andere gebruiksvoorwerpen.

Algemene voorbeelden


Bij het raam stonden vier zwartleren fauteuils en een groene plant.

Verborgen schade, Aster Berkhof,

'En dit is ook fijn,' zei de man en opende een elegant zwartleren koffertje.

Een hete ijssalon, Heere Heeresma,

Er stond een zwartleren bankstel met twee fauteuils, strak.

Hokwerda's kind, Oek de Jong,