zwikken


zwikken 1.0

( Gezegd van de voet of de enkel.)
omslaan naar buiten of naar binnen

Semagram (extra betekenisinformatie)


Zwikken…

is een beweging

  • [Richting] is omslaan naar binnen of naar buiten
  • [Lichaamsdeel] is omslaan van de voet of de enkel
  • [Oorzaak, reden of aanleiding] wordt veroorzaakt door zaken die het lopen bemoeilijken, bv. het dragen van hoge hakken, het lopen op oneffen terrein, het te snel willen lopen
  • [Gevolg of resultaat] leidt vaak alleen even tot verlies van het evenwicht, maar kan ook een blessure tot gevolg hebben, bv. een verstuiking of een gescheurde enkelband
  • [Omstandigheid] gebeurt bij het lopen, of bij een misstap

Algemene voorbeelden


Je stapt ongelukkig, bijvoorbeeld op de stoeprand en de voet zwikt naar binnen. Plotseling heftige pijn en de enkel gaat zwellen.

http://www.neeteson.nl/Artikelen/enkeltrauma.html

Woordfamilie


Als deel van een afleiding


Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen


zwikken 2.0

( Gezegd van van personen en dieren.)
de voet of de enkel omslaan bij het lopen of bij het verstappen; door de enkels gaan

Betekenisbetrekking


metonymie
Specifiek subjectsverwisseling
Betrokken betekenissen 1.0 : 2.0

Semagram (extra betekenisinformatie)


Zwikken…

is een beweging maken; beweging

  • [Activiteit of handeling] is het omslaan van de voet of de enkel
  • [Betrokkene] doet zich voor bij personen en dieren
  • [Oorzaak, reden of aanleiding] wordt veroorzaakt door zaken die het lopen bemoeilijken, bv. het dragen van hoge hakken, het lopen op oneffen terrein, het te snel willen lopen
  • [Gevolg of resultaat] leidt vaak alleen even tot verlies van het evenwicht, maar kan ook een blessure tot gevolg hebben, bv. een verstuiking of een gescheurde enkelband
  • [Omstandigheid] gebeurt bij het lopen, of bij het verstappen

Algemene voorbeelden


Met vinnige stappen loopt Raia terug naar het Zandpad. Ze moet uitkijken met al die losse tegels op het voetpad ter hoogte van het ziekenhuis, want als ze met deze hoge hakken zwikt, zit ze straks met haar poot omhoog.

Dossier vrouwenhandel, Ed van Eeden,

Combinatiemogelijkheden


met voorzetselgroep


Voorzetsel: door

  • door de enkels zwikken
  • door haar hoge hak zwikken

Zijn tante Thérèse zwikte door haar enkels op het rulle bospad, stootte tegen bomen, struikelde over een afgebroken tak, raakte verward in een braamstruik.

Rituelen, Cees Nooteboom,

zwikken 2.1

moeizaam, telkens zwikkend, lopen of ergens naartoe lopen; strompelen

Combinatiemogelijkheden


met voorzetselgroep


Voorzetsel: naar

  • naar iets zwikken

Ze knalde de deur achter zich dicht en draafde en zwikte naar de halte van de bus, achtervolgd door dat beeld, die blote vrouw rechtop in kussens op het bed.

Oprechter trouw, Henk Romijn Meijer,

Voorzetsel: op

  • op iets zwikken

Eerst had Kees een kroes melk voor Bas gekocht bij de geitenhoeder die langs de huizen zijn waar liep te venten. De dieren werden met een twijg over het plaveisel voortgedreven, ze zwikten op hun hoefjes.

't Is zo weer nacht, Joyce Roodnat,

zwikken 3.0

( Gezegd van het bovenlichaam.)
naar voren kantelen

Semagram (extra betekenisinformatie)


Zwikken…

is kantelen; beweging

  • [Richting] is naar voren kantelen
  • [Intentionaliteit] is doorgaans een ongecontroleerde beweging als gevolg van evenwichtsverlies
  • [Lichaamsdeel] is een beweging van het bovenlichaam
  • [Oorzaak, reden of aanleiding] kan veroorzaakt worden door evenwichtsverlies

Algemene voorbeelden


Zijn voeten kan hij niet in de stijgbeugels krijgen. Slap laat hij zijn benen langs het paardelijf slungelen. Bij het afdalen langs de slingerende bergpaden moet je soms, als het erg steil wordt, overdreven onderuit op je stuit gaan zitten om niet naar voren te zwikken en als een luiaard aan een tak aan die paardehals boven de afgrond te komen hangen.

De kus, Jan Wolkers,

Combinatiemogelijkheden


met voorzetselgroep


Voorzetsel: naar

  • naar voren zwikken

zwikken 4.0

( Gezegd van zaken.)
snel heen en weer, of op en neer bewegen

Semagram (extra betekenisinformatie)


Zwikken…

is bewegen; beweging

  • [Richting] is heen en weer, en op en neer bewegen
  • [Snelheid of tempo] is snel bewegen
  • [Betrokkene] is een beweging van een zaak, een voorwerp, bv. een onderdeel van een machine

    Algemene voorbeelden


    Als ik de lege stoel zie herinner ik me dat ik mijn kleren gisteravond over de naaimachine heb gegooid. Ik zie het Singermerk voor me. Grijsblauw en goud. Plantaardige sierletters. De trapper die als een gek heen en weer zwikte. Het geluid van de op en neer razende naald.

    De kus, Jan Wolkers,

    Combinatiemogelijkheden


    met bijwoord


    • heen en weer zwikken

    zwikken 5.0

    het kaartspel zwikken spelen, een spel voor drie tot vijf spelers met twintig kaarten (van tien t/m aas), waarbij de spelers, die elk drie kaarten krijgen, moeten proberen om drie gelijke kaarten, een zwik, bijeen te krijgen en waarbij de speler met de hoogste zwik, bv. drie azen, het spel wint

    Semagram (extra betekenisinformatie)


    Zwikken…

    is kaarten; activiteit

    • [Doel of bestemming] is proberen om drie gelijke kaarten, een zwik, bijeen te krijgen
    • [Plaats] wordt vooral in Noord-Brabant en in België gedaan
    • [Betrokkene] doet men met drie tot vijf spelers
    • [Middel] doet men met twintig kaarten, van tien tot en met aas

    Algemene voorbeelden


    Martha zei: "Ik kan wiezen, piketten, zwikken, pandoeren, zwarte-Pieten, liegen en de vier soorten jassen, maar van wippen heb ik nooit gehoord." "Het is het meest eenvoudige kaartspel [...]. Ik leer het je wel."

    Het hooglied, Valère Depauw,

    Woordfamilie


    Als deel van een afleiding


    zwikken 6.0

    het bovenmateriaal van een schoen over de leest trekken, om het daarna aan de binnenzool vast te zetten

    Semagram (extra betekenisinformatie)


    Zwikken…

    is trekken; handeling

    • [Doel of bestemming] maakt het mogelijk om het bovenmateriaal van een schoen of laars aan de binnenzool te bevestigen
    • [Handelende persoon] wordt gedaan door schoenmakers
    • [Middel] is over de leest trekken
    • [Object betroffen] is het over de leest trekken van het bovenmateriaal van een schoen of laars, bv. het bovenleer en de voering

    Algemene voorbeelden


    De soliditeit en duurzaamheid van veiligheidsschoenen hangt uiteraard sterk samen met het materiaal waaruit en de manier waarop ze zijn gemaakt [...]. De zwikmethode. Bij deze productiemethode wordt de, doorgaans voorgevormde, binnenzool op de leest bevestigd waarna bovenleer en voering (de schacht), over de leest worden getrokken (gezwikt) en vervolgens aan de binnenzool verlijmd.

    http://www.google.nl/search?q=cache:J_DFFqLWDZoJ:www.raltex.nl/arbo/files/veiligheidsschoenen.doc+contreforts+site:.nl=nl=lang_nl

    Woordfamilie


    Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen