Magere Hein 1.0
(eufemistisch)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Magere Hein…
is een man; is een fictief persoon
- [Functie] stelt de Dood voor
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is mager, d.w.z. bestaat alleen uit een skelet
- [Bestaansvorm of zijnsorde] is een fictief persoon
- [Geslacht] is een man
- [Waardering] wordt gevreesd
Algemene voorbeelden
Naast gevallen als Daté herbergde het tehuis meest bejaarden in alle staten van geestelijk en/of lichamelijk verval. Magere Hein was er dagelijks te gast.
De kok was dunner dan Magere Hein, allesbehalve een aanbeveling voor de kost die hij voor je neer kwakte.
Het komt erop aan die neerwaartse spiraalbeweging zo gauw mogelijk tot stilstand te brengen, anders eindig je in een stoel bij een raam met een potplant, weliswaar kerngezond, maar tot niets anders meer in staat dan wachten op Magere Hein met zijn zeis.
Woorden waarbij Van Dale naast het label 'Belgisch-Nederlands' nog andere labels als 'spreektaal', 'niet algemeen', 'ambtelijke taal , 'verouderd', 'gewestelijk' of 'puristisch' vermeldt, behoren niet tot de standaardtaal. Voorbeelden: gebuur in plaats van buur, valling voor verkoudheid, pateeke voor gebakje, nonkel voor oom, Pietje de Dood voor Magere Hein.
Een steltloper heeft zich vermomd in het zwarte doodskleed van Magere Hein.
Drieënzeventig jaar werd ze - veel te oud voor iemand die haar hele leven met de dood geflirt had. In autobiografische verhalen had ze magere Hein voorgesteld als de beste vriend van iedereen die teleurgesteld is in de liefde en het leven. Ze had odes gebracht aan de rust van het graf, en aan de wormen die zoveel beter gezelschap waren dan haar ontrouwe minnaars.
Seks als lange neus naar magere Hein: kijk ons eens het leven vieren, ons krijg je niet klein!
'Een Duveltje?' 'Geef er maar twee', zei Van In. 'Ik heb grote dorst.' Hij stak een sigaret op. Hoeveel moest hij er eigenlijk nog roken voor magere Hein hem de rekening presenteerde?
Minneke, dat is mijn droefste drift. En dat hoort hij niet graag, de Verloochende. Nee, hij heeft daar een ander woord voor... Eigenlijk lijk jij op hem, Beatrice. Toen ik jou opzette, heb ik de dood geroepen. Daar is hij al, de Verloochende. Ook in mijn droom zag hij eruit als magere Hein. Hij zou me naar de overkant willen brengen waar het leven voorgoed verloren is.
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
magere hein 2.0
Betekenisbetrekking
Betrokken betekenissen | 1.0 : 2.0 |
---|
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een magere hein…
is een man; is een persoon
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] is mager en vaak ook lang
- [Geslacht] is een man
Algemene voorbeelden
Na een dag of 4 niets eten begint hij een echte magere hein te worden, tegen de tijd dat hij zijn oude nivo van voer weer heeft is hij een magere hein, mensen keken erg raar naar me als ik met hem liep, maar omdat ik hem meenam om de kleine op te halen was het snel bekend waarom hij zo eng mager was.
Een sixpack op een magere Hein is hetzelfde als dikke tieten op een vette zeug. Het telt allebei niet.
"Die kniestoten van haar zijn niet te onderschatten", zei de overgebleven zuipschuit. Het was een magere Hein, lang, blond en verbazend vriendelijk.
Met een Magere Hein wordt ook vaak een erg dun iemand bedoeld.