bakfietsmoeder 1.0
(neologisme)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een bakfietsmoeder…
is een moeder; is een vrouw; is een persoon
- [Uiterlijk] draagt volgens het stereotiepe beeld een bloemetjesjurk of bolletjesjurk
- [Woongebied] woont relatief vaak in een stad
- [Activiteit of handeling] gebruikt een bakfiets om haar kind of kinderen te vervoeren, bv. van en naar school
- [Waardering] heeft een soms juist positief en soms juist negatief imago van progressieve, linksgeoriënteerde, hoogopgeleide en welgestelde ouder; heeft zowel een hip als een suf imago; is op social media vaak het mikpunt van denigrerend commentaar
Algemene voorbeelden
Vandaag op de markt zie ik twee bakfietsvaders met schoenen en sokken aan [...]. De in het begin neergezette spreekwoordelijke en bij mij uitslag opwekkende bakfietsmoeder bestaat dus eigenlijk niet meer. Ik moet omschakelen. Was ik in mijn eerdere uitingen niet te beledigend? Is een bakfiets anno 2018 niet gewoon een handig vervoermiddel voor alle rangen en standen?
Stop de terreur van de niets ontziende wetteloze fietsende kanonskogels die de bakfietsmoeders (en -vaders) zijn en maak de fietspaden in Zuid, de grachtengordel en de rest van de stad weer veilig voor normale mensen.
Combinatiemogelijkheden
met adjectief ervoor
- een leuke bakfietsmoeder
- een Nederlandse bakfietsmoeder
- een Surinaamse bakfietsmoeder
Al die leuke bakfietsmoeders in Amsterdam-Zuid die hun kinderen naar witte scholen brengen. Natuurlijk zijn ze voor integratie maar niet voor hun kind.
Dit jaar signaleerde Vrij Nederland een nieuw menstype: de King Louie-vrouw. "Op de vakantiebestemming herken je de Nederlandse bakfietsmoeder uit de vinexwijk aan de bloemenjurk van King Louie", schreef VN.
Ik heb persoonlijk ook nog nooit een Surinaamse bakfietsmoeder in de Bijlmer gezien die haar 3 kinderen met de namen Sterre, Mirthe en Tijmen vervoert in desbetreffende bakfiets.
met voorzetselgroep
Voorzetsel: in
- bakfietsmoeders in Amsterdam-Zuid
- een bakfietsmoeder in de Bijlmer
Al die leuke bakfietsmoeders in Amsterdam-Zuid die hun kinderen naar witte scholen brengen. Natuurlijk zijn ze voor integratie maar niet voor hun kind.
Ik heb persoonlijk ook nog nooit een Surinaamse bakfietsmoeder in de Bijlmer gezien die haar 3 kinderen met de namen Sterre, Mirthe en Tijmen vervoert in desbetreffende bakfiets.
Voorzetsel: uit
- de bakfietsmoeder uit de vinexwijk
Dit jaar signaleerde Vrij Nederland een nieuw menstype: de King Louie-vrouw. "Op de vakantiebestemming herken je de Nederlandse bakfietsmoeder uit de vinexwijk aan de bloemenjurk van King Louie", schreef VN.
met aanwijzend voornaamwoord
- zo'n bakfietsmoeder
Deze twee mensen hebben kinderen, en willen graag een bakfiets, maar ze durven niet. Want ze willen niet zo'n 'bakfietsmoeder' of 'bakfietsvader' worden omdat je er ongevraagd het imago van hippe bobo, idealist, egotripper, grachtengordelouder of wat het dan ook is, bij krijgt [...]. Laten we stoppen met het typeren van de bakfietsouder. We hebben het toch ook niet over zo'n typische Hema-omafietsstudent of zo'n vintageracefietshipster?
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
Etymologie
| Aard herkomst | inheems woord |
|---|---|
| Vroegste datering | 2008 |
| Periode opkomst | Na 2000 is de bakfiets als kindervervoermiddel in zwang geraakt. Naarmate het gebruik ervan populairder werd, ontstonden er logischerwijs ook meer samenstellingen met bakfiets, zoals bakfietskind en bakfietsouder. |