begijn 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een begijn…
is een vrouw; is een persoon
- [Groep] behoort tot een lekengemeenschap van vrouwen
- [Ontstaan] kwam voor het eerst voor in de middeleeuwen
- [Plaats] woont met andere begijnen samen in een begijnhof
- [Aantal of hoeveelheid] is in de laatste eeuw steeds zeldzamer geworden en thans nagenoeg verdwenen
- [Burgerlijke staat] is ongehuwd of weduwe
- [Overtuiging of levensbeschouwing] is rooms-katholiek
- [Organisatie en organisatiewijze] is niet gebonden door een kloostergelofte
Algemene voorbeelden
In België is de laatste begijn ter wereld overleden. De 92-jarige M.P. overleed vannacht in haar slaap. Met de dood van P. komt een einde aan een religieuze traditie die al sinds de middeleeuwen bestond. Begijnen waren vrouwen die gezamenlijk hun leven aan het geloof wijdden, maar niet in een klooster traden. Ze beloofden vroom en kuis te leven, maar mochten in tegenstelling tot kloosterlingen wel eigen bezittingen hebben. In veel steden leefden ze samen in begijnhoven, zoals in het bekende Begijnhof in het centrum van Amsterdam. Daar overleed de laatste begijn in 1971 op 84-jarige leeftijd.
Volgens een traditie werd het begijnhof in de 13de eeuw gesticht door begijntjes uit Meldert nabij Hoegaarden. Tijdens de bloeiperiode omstreeks 1700 telde het Groot Begijnhof 298 begijnen en acht "proefdochters" of novicen. Zij woonden in een honderdtal huizen.
Ze besloot dat ze niet in de 'ketterse' kerk begraven wilde worden, maar in de goot. Na haar dood werd ze, tegen haar wens in, toch in de kerk begraven, met de gebruikelijke ceremonie. De ochtend na de begrafenis vonden de begijnen haar kist naast de kerk in de goot [...]. 's Nachts hadden de begijnen Cornelia over het begijnhof horen lopen en daarop besloten de begijnen de laatste wens van Cornelia toch uit te voeren.
In het begijnhof van Sint-Amandsberg vinden ze geen 700 biddende begijnen.
Woordfamilie
Als deel van een afleiding
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
begijn 1.1
Betekenisbetrekking
Betrokken betekenissen | 1.0 : 1.1 |
---|
Algemene voorbeelden
Aan de lijn Hortense [...] - Chère, ik heb Emily verteld wie haar verloofde en bruidegom zal zijn [...]. Guido weet het óók. Denise verbreekt de verbinding. Onnozele begijn! Guido weet het óók al. Op een moment dat de betrokkene zelf, Emily, het bericht niet eens heeft kunnen verwerken.
begijn 2.0
(techniek en technologie; scheepsbouw en scheepvaart)
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een begijn…
is een zeil
Algemene voorbeelden
In later jaren werd bij mengvormen als bark en brigantijn waar zowel een kruismast als bezaansmast voorkwam het kruiszeil aan de kruismast begijn genoemd en het bramzeil aan de bezaansmast werd gewoon bezaansbramzeil.