benoemingstermijn 1.0
termijn waarvoor iemand in een bepaalde functie benoemd wordt
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een benoemingstermijn…
is een termijn; is een periode; is een tijd
Algemene voorbeelden
Dit jaar verloopt de benoemingstermijn van 2 leden [...] en van de voorzitter. Zowel Jennifer Schaap als Dick de Graaf stellen zich beschikbaar voor een nieuwe termijn van 3 jaar, de vergadering accordeert hun benoeming.
De benoemingstermijn voor de zittende leden [...] is ten einde. Gelukkig zijn zij alle drie beschikbaar voor een nieuwe termijn.
De commissie is van mening dat in een dergelijk geval de hoogte van de ontslagvergoeding maximaal twee jaarsalarissen zou mogen zijn, mits sprake is van ontslag in de eerste benoemingstermijn van de bestuurder.