blaartrekkende boterbloem 1.0
Algemene voorbeelden
Rond de boomgaard ligt een gracht met wisselende vochtigheid. Dit is een geschikte biotoop voor Blaartrekkende boterbloem, Pitrus, Grote lisdodde, Watermunt, Gewone Kattestaart, Heelblaadjes, Wilde bertram, Grote wederik, Echte valeriaan.
De helft van het drasland, een zomp waarin losdodde, penningkruid, melkeppe, blaartrekkende boterbloem, waterweegbree, dotterbloem, waterviolier, waterranonkel en waterpest zich thuisvoelen, was pas beplant met honderde jonge eksemplaren van de Picea excelsa, de fijnspar.
Later in het jaar staan langs en in de sloten moerasvergeetmijnietjes, moeraswalstro, de blaartrekkende boterbloem, witbolgras, pijptorkruid en het watergras.