fietser


fietser 1.0

iemand die zich op de fiets in het verkeer begeeft; iemand die fietsend aan het verkeer deelneemt; verkeersdeelnemer op de fiets; iemand die fietst

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een fietser…

is een persoon

  • [Activiteit of handeling] fietst
  • [Instrument] neemt deel aan het verkeer op de fiets

    Algemene voorbeelden


    Fietsen is goed voor de gezondheid. Dit blijkt ook uit het onderzoek van Ingrid Hendriksen. Fietsen is snel. De fietser is onafhankelijk. Fietsen is goedkoop.

    http://www.fietsrai.nl/kennisbank/

    Een vrachtwagen staat stil voor een kruispunt. Naast hem stopt een fietser, maar dat ziet de trucker niet vanuit zijn "hoge" positie. De chauffeur trekt op, slaat af naar rechts terwijl de fietser rechtdoor wil. De gevolgen zijn verschrikkelijk: de fietser belandt onder de zware oplegger en heeft geen schijn van kans.

    De Standaard,

    Madrid is een makkelijk te fietsen stad. De hellingen zijn over het algemeen bescheiden en met een beetje basisconditie makkelijk te nemen. Maar afgezien van een enkele sportieve fietser wordt er weinig gebruik gemaakt van het rijwiel als vervoermiddel.

    NRC,

    In de Hoofdstraat in Meppel kregen tien fietsers een bekeuring voor het fietsen op voetgangersgebied.

    Meppeler Courant,

    Op de Burgemeester Knopperslaan werd gistermorgen uitgebreid toezicht gehouden op het verkeersgedrag van fietsers. Twintig fietsers werden bekeurd voor het rijden door rood licht op de kruising en bij de spoorwegovergang en voor het links van de weg rijden.

    Meppeler Courant,

    Combinatiemogelijkheden


    als subject bij een werkwoord


    • rijden

    In het iets noordelijker gelegen Unkel zelf staat het water tot vlak voor de doorgaande Autoweg B-42. Op die autoweg mogen intussen ook fietsers rijden, nu zij op de gewone paden langs de Rijn niet meer terecht kunnen.

    NRC,

    Uit de bomen langs de straat dwarrelden bloesemblaadjes naar beneden en de wind joeg ze ritselend over het asfalt. Fietsers reden langs zijn geopende portierraam. Om de zoveel minuten een tram.

    Hokwerda's kind, Oek de Jong,

    als object bij een werkwoord


    • een fietser aanrijden

    De vrachtwagenchauffeurs zijn bang dat ze een fietser aanrijden, zonder dat ze daar zelf iets aan kunnen doen, schrijft Vliko-directeur H. Koen aan de gemeenteraad van Leiderdorp. Vooral bij het A4-viaduct dat de Ericalaan kruist bekruipt hen die angst.

    Leidsch Dagblad,

    Een 73-jarige fietser uit Meppel werd zaterdagmiddag aangereden bij het zebrapad in de bocht van de Kromme Elleboog en Prinsengracht. Een rij wachtende auto's aan weerszijden van de voetgangersoversteekplaats lieten de voetgangers passeren. Op het moment dat de 73-jarige fietser op die plek overstak gaf een wachtende automobiliste gas en reed de man aan.

    Meppeler Courant,

    met substantief ervoor


    • een groep fietsers
    • een groepje fietsers

    De groep en de reflecterende jasjes maken de kinderen beter zichtbaar voor de automobilisten. Die zijn voorzichtiger als ze een groep fietsers zien.

    Gazet van Antwerpen,

    Hoewel het gebied een toeristische trekker is, zijn er weinig mensen te bekennen. Een enkele keer komt er een groepje fietsers voorbij, maar die nemen niet de moeite even te stoppen. Waarom ook. Het hele gebied is de moeite waard om van te genieten.

    http://oud.refdag.nl/series/hoogte/990817bin11.html,

    met onbepaald voornaamwoord


    • veel fietsers

    Er tikt een man op het ruitje van het brugwachtershokje. Of Van Essen weet waar de kruidenier zit. En waar de supermarkt is. 'De meeste mensen vragen de weg. Ik ben hier net een soort VVV-informatiepunt. Vooral als het mooi weer is en er veel fietsers zijn.'

    Meppeler Courant,

    Een poging om de deur te forceren mislukte. Via een ander zijraam verlieten de ongenode gasten het huis weer. Omdat de Meenteweg een vrij drukke weg is waar veel fietsers langskomen, wil de politie graag weten of iemand iets gezien of gehoord heeft.

    Meppeler Courant,

    Maar in een studentenstad als Gent zijn er natuurlijk heel veel fietsers. En heel veel studenten die op rijwielen rijden die amper de naam fiets nog verdienen.

    http://www.gent.be/gent/bestuur/hoorzit/gent4.pdf,

    met ander, nevengeschikt substantief


    • fietsers en voetgangers
    • fietsers en wandelaars
    • voetgangers en fietsers
    • wandelaars en fietsers

    De Raad voor de Transportveiligheid, onder voorzitterschap van Pieter van Vollenhoven, noemde in een rapport deze week de tram een buitengewoon gevaarlijk vervoermiddel, vooral voor fietsers en voetgangers.

    Het Parool,

    Bij het opzetten van nieuwe woonwijken dient de nadruk te liggen op het auto-luw maken ten gunste van fietsers en wandelaars.

    Meppeler Courant,

    De kruising bestaat uit twee rijbanen waardoor de verkeerssituatie voor automobilisten onoverzichtelijk is. Ook voetgangers en fietsers steken de kruising niet graag over, omdat automobilisten met een hoge snelheid de oversteekplaats naderen. De rotonde moet de veiligheid voor de verkeersdeelnemers op de kruising aanzienlijk verbeteren door lagere snelheden, een beter overzicht en korte oversteeklengten.

    http://www.leek.nl/index.html

    's Zondags zijn er veel wandelaars en fietsers omdat de polder zo mooi is.

    De Standaard,

    Vaste verbindingen


    Woordfamilie


    Als deel van een afleiding


    Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen


    Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen