foerier


foerier 1.0

onderofficier die belast is met de bevoorrading en uitrusting van de troepen; bevoorradingsonderofficier

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een foerier…

is een militair; is een persoon

  • [Rang of hiërarchische positie] heeft de rang van onderofficier
  • [Activiteit of handeling] zorgt voor voedsel, kledij, uitrusting, wapens en huisvesting voor de troepen
  • [Bevoegdheid] is bevoegd over de bevoorrading en uitrusting van de manschappen

    Algemene voorbeelden


    Ze kreeg een camouflage van de foerier, die magazijn hield in een met takken bedekte tent. 'Naar je zin?' vroeg hij, toen ze zich achter een afhangende lap had omgekleed.

    De nymfentrein en andere verhalen, Herman Pieter de Boer,

    Woordfamilie


    Als deel van een afleiding


    foerier 1.1

    ((vooral) in België)

    voetballer, gewoonlijk een middenvelder, wiens taak het is de spitsen aan te spelen

    Betekenisbetrekking


    metafoor
    Betrokken betekenissen 1.0 : 1.1

    Algemene voorbeelden


    "Wilmots was goed zonder meer als overal aanwezige werker en als foerier van het spitsenduo Mulder-Max. Want Youri Mulder, aangekondigd als onzeker, liep er wel degelijk bij en ogenschijnlijk zonder de minste problemen."

    De Standaard,

    Woordfamilie


    Als deel van een afleiding


    Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen