fulltimer 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een fulltimer…
is een persoon
- [Eigenschap of hoedanigheid algemeen] werkt fulltime; werkt voltijds; heeft een volledige baan
Algemene voorbeelden
De servicewinkel in Epen wordt bemand door twee fulltimers en één parttimer van de VVV, die volgens Verplancke "vooraf goed in de keuken van de deelnemende concerns hebben mogen rondkijken".
De Butler Library van Colombia University heeft acht fulltimers in dienst en er is - net als bij vele andere bibliotheken - elke dag tot 23.00 uur professionele staf aanwezig.
Overigens komt telethuiswerken onder deeltijdwerkers aanmerkelijk minder voor dan bij fulltimers.
Gelden alle toeslagen die fulltimers krijgen ook voor alle andere werknemers van het bedrijf?
Er werken zo'n 11 personeelsleden op de Trompschool, parttimers en fulltimers.
Combinatiemogelijkheden
met ander, nevengeschikt substantief
- parttimers en fulltimers
Parttimers en fulltimers horen officieel voor hetzelfde werk in dezelfde tijd hetzelfde salaris te krijgen.