kalfsoester


kalfsoester 1.0

((vooral) in Nederland)

stuk kalfsvlees uit de haas, de fricandeau of een ander mals en mager stuk, dat dun en meestal in ovaalvorm wordt uitgesneden, dat wordt gebakken en dat doorgaans per twee stuks wordt geserveerd als een eenmansportie

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een kalfsoester…

is een stuk vlees

  • [Omvang concreet] is klein
  • [Vorm] is vrij dun
  • [Herkomst of oorsprong] is afkomstig van een kalf; is genomen uit de haas, de fricandeau, de schouder of een ander mals en mager stuk
  • [Gewicht] weegt normaal zo'n 50 tot 75 gram
  • [Behandeling of bewerking] wordt gebakken en meestal opgediend in een saus; wordt gewoonlijk per twee opgediend als een eenmansportie

Algemene voorbeelden


Geef na de risotto een in boter gebakken kalfsoester, vlak voor het serveren bedruppeld met wat citroensap.

NRC,

Voorbeelden van gefarceerde gerechten zijn: Varkensfricandeau met een farce van pistachenoten en zuidvruchten; Kalfsoester met een farce van kalfsgehakt en champignons; Courgette gevuld met een mengsel van het vruchtvlees, ui, spek, tomaat en basilicum.

http://www.bgp-opleidingen.nl/archief/BT200309-farceren.html

Kalfsoesters met citroensaus en courgette (4 personen). Ingrediënten: 4 dunne kalfsoesters van 75-100 gr per stuk; 4 el citroensap; 2 middelgrote courgettes; peper, zout; 85 gr boter; 1 middelgrote zeer fijn gesnipperde ui; 2 dl droge witte wijn of 2 dl bouillon van 1/3 kippenbouillon tablet; 2 el bloem; worcestershiresaus; 3 el fijngehakte peterselie; 1 goed schoongewassen citroen.

http://www.quanjer.nl/diversen/kalfsoesters_met_citroensaus_en_.htm

Woordfamilie


Als deel van een afleiding