klif 1.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een klif…
is een rotswand
- [Afmeting] is hoog
- [Vorm] is steil
- [Materiaal] bestaat uit erosiebestendige gesteenten
- [Ontstaan] is ontstaan door erosie
- [Plaats] bevindt zich aan een kustlijn of aan de oever van een rivier
Algemene voorbeelden
Op de rand van de klif stond een beroemd visrestaurant, tientallen meters in de diepte vrat de oceaan het land aan.
Het bovenste gedeelte van de heuvel werd in beslag genomen door grote kalksteenblokken die waarschijnlijk omlaag gegleden waren van de hoger gelegen kliffen.
Combinatiemogelijkheden
als subject bij een werkwoord
- oprijzen
Aan weerszijden rezen kliffen en overdadig begroeide heuvels op.
met adjectief ervoor
- een hoge klif
- een steile klif
Een uitstekend gemarkeerd netwerk van wandelpaden voert hier over groene heuvels vol eeuwenoude bossen van steeneiken en aardbeibomen, door diepe canyons en langs de steile kliffen van de questa's en - hoe verrassend in deze ruige streek - langs pittoreske wijngaarden van de beroemde Priorat-wijn.
Aan de oostkant van Schotland ligt een rotskust opgebouwd uit oud gesteente, waar diepe inhammen naast hoge kliffen voorkomen.
Woordfamilie
Als rechterlid in samenstellingen en samenkoppelingen
Als linkerlid in samenstellingen en samenkoppelingen
klif 2.0
Semagram (extra betekenisinformatie)
Een klif…
is een hoogte
- [Samenstelling] bestaat uit zandgrond
- [Plaats] bevindt zich vaak in de nabijheid van een kust
Algemene voorbeelden
Gaasterland verwelkomt ons met een regengordijn, dat de rest van de dag van geen wijken weet. De geplande bezoeken aan de kliffen die in dit deel van Friesland aan de kusstrook te vinden zijn krijgen daardoor iets heldhaftigs.
Combinatiemogelijkheden
met adjectief ervoor
- het Oudemirdumse klif
- het Stavorens klif
- de Roode Klif
Verderop, richting Stavoren, ligt de Roode Klif met een geschatte hoogte van 23 meter. Hierbij in de vorm van een steen een gedenkteken ter nagedachtenis aan de slag die de Friezen hier ooit tegen de Hollanders hebben gestreden.
De Romeinen schreven al over brandend water bij het Oudemirdumse Klif. Daarom kreeg het een plaats in de geschiedenisboeken uit de zeventiende en achttiende eeuw. Bij het aanleggen van waterputten begon water spontaan te branden en deden zich ontploffingen voor. Toen werd er voor het eerst gesproken en geschreven over de aanwezigheid van gas in de ondergrond.