kniezer


kniezer 1.0

iemand die kniest of die gewoon is te kniezen; iemand die voortdurend kniest; kniesoor
Minder gebruikelijk dan het synoniem kniesoor.

Semagram (extra betekenisinformatie)


Een kniezer…

is een persoon

      Algemene voorbeelden


      In de trendybuurt van New York, dat een zeer strenge reglementering heeft inzake rookverbod in restaurants, verschijnen de jongste maanden steeds meer bordjes met daarop cigar-friendly. En naast de trend zelf, kon ook een ander fenomeen niet uitblijven: ja, ook de sociologen hebben er zich al op geworpen. De eeuwwende zou er mee te maken hebben: we willen niet als kniezers de volgende eeuw induiken, maar als mensen die van het leven profiteren.

      De Standaard,

      Ook op de laatste velden waren sparren geplant, de bergen waren één woud geworden, hout haalde elk jaar een vettere prijs, welke kniezer zou nog met mest en tarwe en koppig melkvee willen klungelen.

      Ach, mijn dal, Jan Veulemans,

      Ik zal vertellen wat ik niet wil: geen kniezer, geen pessimist of negatief ingesteld persoon die over alles wel iets te klagen heeft.

      http://www.matchwereld.nl/profiel/HetZonnetje

      Woordfamilie


      Als deel van een afleiding